Begraven we de kinderen van Kyoto in Durban

Van 28 november tot 9 december vindt in Durban (Zuid-Afrika) de jaarlijkse klimaattop van de Verenigde Naties plaats. Het voorbestaan van het Kyoto Protocol staat tijdens de klimaattop echter op de helling. Het Kyoto protocol is vandaag het enige internationaal bindende klimaatakkoord dat we hebben. De onderhandelaars staan in Durban voor de aartsmoeilijke opdracht om werk te maken van een tweede periode voor het Kyoto protocol als opstap naar een klimaatakkoord dat alle grote vervuilers bindt. De toekomst van onze planeet staat in Durban op het spel. Zonder goed akkoord stevenen we af op de klimaatchaos van meer dan 3 graden opwarming.

Het  Kyoto Protocol is ontwikkeld in het kader van de UN Framework Convention on Climate Change (UNFCCC). Het is effectief van kracht sinds 2007 en bindt een aantal geïndustrialiseerde landen tot het verminderen van hun CO2-emissies. De eerste verbintenisperiode onder het Protocol loopt volgend jaar af. “Verschillende landen zoals de VS, Rusland en Japan willen zich niet inschrijven in een tweede periode,” zegt Mathias Bienstman van Bond Beter Leefmilieu, “Het voortbestaan van het Kyoto Protocol is echter cruciaal om zicht te blijven houden op een globaal bindend klimaatakkoord dat in het tweede deel van dit decennium tot stand kan komen”

Behalve een tweede verbintenisperiode onder het Kyoto Protocol, moet er in Durban dus werk gemaakt worden van een mandaat om in 2015 een globaal bindend klimaatakkoord te stemmen. Zonder vooruitgang op het legale vraagstuk dreigt lethargie op andere belangrijke domeinen. De milieuorganisaties ijveren onder meer voor:

  • hogere emissiereducties zodat de opwarming zeker onder de 2°C blijft;
  • een groeipad van de klimaatfinanciering zodat die in 2020 100 miljard kan bedragen;
  • een concretisering en verfijning van het in Cancun bereikte akkoord over REDD.

    Vier goede redenen om Kyoto te behouden
    Kyoto werkt
    Met uitzondering van de VS als enige belangrijke industrieland dat niet meedeed, kan je zeggen dat de landen die Kyoto ratificeerden collectief op weg zijn om hun doelstelling te bereiken: een gemiddelde daling van de CO2-emissies van 5,2% onder het niveau in 1990, en dat tussen 2008 en 2012. Kyoto heeft er ook voor gezorgd dat de meeste OESO-landen nationale milieuwetgeving invoerden. Onder meer de belangrijke Europese 20-20-20 doelen zijn daar een gevolg van.
    Kyoto is het enige bindende klimaatakkoord dat we hebben
    Het dient gezegd, het Kyoto Protocol is niet perfect. Achterpoortjes in haar architectuur laten een creatieve telling van de behaalde reducties toe. De ratificerende landen zoeken bovendien te gemakkelijk hun toevlucht tot flexibele mechanismes die niet leiden tot werkelijke CO2-reducties. Desondanks blijft het Kyoto Protocol het enige instrument onder de VN dat landen verplicht tot het behalen van emissiereductiedoelstellingen, en hun resultaten opvolgt: dit na jaren van onderhandelingen bereikte instrument in de vuilbak werpen zou getuigen van een onbegrijpelijk gebrek aan verantwoordelijkheidszin.
    Kyoto houdt rekening met ecologische schuld
    Nog een belangrijk argument: Kyoto is een eerlijk systeem – al zou het dat nog veel meer zijn als de VS zou meedoen. Het legt namelijk de grootste druk op de historisch belangrijkste vervuilers. De concentratie van CO2 in de lucht is een cumulatief proces. Dat betekent dat Europa en de VS verantwoordelijk zijn voor bijna 54% van de emissies uit energieproductie. China slechts 9%. Met Kyoto heeft alvast een deel van de eerste wereld zijn ecologische schuld tegenover de rest van de wereld erkend en een begin gemaakt om er iets aan te doen.
    Kyoto opent het pad naar een globaal bindend akkoord
    Maar de balans kantelt stilaan. In 2008 stootten ontwikkelingslanden en opkomende economieën voor het eerst meer CO2 uit dan de geïndustrialiseerde landen. De landen onder het Kyoto Protocol zijn vandaag verantwoordelijk voor nauwelijks één derde van de wereldwijde uitstoot, terwijl de VS en China alleen al 54% voor hun rekening nemen.
    De enige manier om het klimaatprobleem werkelijk aan te pakken is dus een globaal bindend akkoord dat alle 195 landen onder de UNFCCC verbindt. De ontwikkelingslanden stellen echter als voorwaarde dat de geïndustrialiseerde wereld haar verantwoordelijkheid opneemt door zich te engageren voor een tweede verbintenisperiode onder het Kyoto Protocol. De EU kan hier een belangrijke leidersrol opnemen: een duidelijke intentie tonen om zich te verbinden tot een tweede ronde onder het Kyoto Protocol, anderen overtuigen om hetzelfde te doen, en zo de deur openen naar een globaal bindend akkoord in 2015.
Klimaatbeleid