De democraat in Bart Verhaeghe, CEO van Uplace

Zoals u in de kranten en op tv kon volgen, kreeg vastgoedontwikkelaar Uplace onlangs een bouwvergunning voor een groots vastgoedproject aan het viaduct van Vilvoorde. Met 200.000 vierkante meter aan winkels, wellness, horeca, een hotel en kantoren wordt dit het grootste winkelcomplex van het land. Meteen nadat bekend werd dat de bouwvergunning was afgeleverd, brak een golf van protest los: stadsbesturen van Leuven, Vilvoorde en Grimbergen, Unizo, Bond Beter Leefmilieu, BRAL, IEB en Greenpeace lieten al weten juridische stappen te ondernemen. Al snel bleek dat Uplace het democratisch debat over nut en noodzaak van een shoppingcentrum langs de Brusselse ring uit de weg gaat en zich verschuilt achter het ‘beslist beleid’ van de regering. Daarbij worden ook de subsidies van de milieubeweging onder vuur genomen.

In de debatten die op het protest volgden, bleek dat Uplace zich vooral met gezagsargumenten verdedigt: “Wij hebben gedurende jaren alle noodzakelijke procedures doorworsteld en goedkeuring gekregen van twee opeenvolgende regeringen. De tegenstanders hebben nu geen recht van spreken meer.” Aldus de CEO van Uplace, Bart Verhaeghe. Dat de brownfieldconvenant enkele dagen voor de verkiezingen werd ondertekend door een uitbollende regering die niet meer aan het regeren is, dat is vanuit democratisch oogpunt blijkbaar geen probleem.

Daardoor werd de huidige regering, met een andere politieke meerderheid, voor het blok gezet. Deze regering kan zich enkel nog uit het project terugtrekken door een zware schadevergoeding te betalen. Dat is in een democratie blijkbaar normaal.

Bart Verhaeghe durft publiek te beweren dat 70% de Vlaamse bevolking achter zijn megaproject staat. Hij komt tot dit getal door percentages op te tellen van de politieke partijen in de vorige en huidige regering. De realiteit vandaag leert echter dat de unanimiteit binnen die partijen ver te zoeken is, om niet te zeggen bijna geheel verdwenen is. Democratie?

Democratie is ook ruimte geven aan een inhoudelijk debat. De gevolgen van Uplace voor de leefbaarheid zullen groot zijn. De files op de veelgeplaagde Brusselse ring zullen nog een pak langer worden, het dagelijkse pendelverkeer zal nog meer dan vandaag een sluipweg zoeken op het onderliggende wegennet, wat op zijn beurt zal zorgen voor meer verkeersonveiligheid, meer fijn stof, extra verzurende uitstoot en een grote klimaatimpact.

Dat debat wordt door Uplace handig uit de weg gegaan, door steeds te verwijzen naar het geld dat de Vlaamse regering belooft voor nieuwe op- en afritten en bijkomend openbaar vervoer in de regio. Alsof daarmee alles opgelost is. Uit het milieueffectenrapport blijkt dat dit een druppel op een hete plaat zal zijn. De verkeerstroom is te groot om op een normale manier af te wikkelen. Maar dat is geen punt van discussie, want de Vlaamse regering heeft beslist. En nu moet iedereen zwijgen.

De CEO van Uplace, schaamt zich daarbij ook niet om te schieten op  de subsidies van Bond Beter Leefmilieu. Het is toch godgeklaagd dat een vzw die subsidies krijgt van de Vlaamse overheid, beslissingen van diezelfde overheid nu juridisch gaat aanvechten. Daarbij vergeet Bart Verhaeghe dat het een grondwettelijk recht is voor elke burger, elk bedrijf en elke vereniging om in beroep te gaan tegen beslissingen van de overheid. En hij vergeet ook te vertellen dat het Uplace project veel belastingsgeld krijgt van de overheid. Uplace krijgt van de Vlaamse overheid een investering van 60 miljoen, die zal gaan naar een nieuwe op- en afrit van de ring en een herinrichting van de Woluwelaan, zoals gezegd een druppel op een hete plaat. Met andere woorden: 60 miljoen belastingsgeld voor een project dat zorgt voor blijvende verkeerschaos en luchtvervuiling. Lang leve de democratie!