En wat met een lage-emissiezone op zee?

Scheepvaart, en zeker de intercontinentale scheepvaart, is een belangrijke bron van luchtvervuiling. Dat komt omdat zeeschepen vaak verouderde motoren hebben en met zware stookolie mogen varen. Volgens de prognoses zullen de emissies van de scheepvaart nog een hele tijd blijven toenemen. Vanaf 2030 zouden de emissies van verzurende stikstofoxiden (NOx) van scheepvaart in Europa zelfs hoger liggen dan die van het ganse wegverkeer in Europa!

Voorschriften voor scheepsmotoren en de gebruikte brandstof worden op wereldniveau vastgelegd door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO). Pogingen om striktere voorschriften voor motoren in te voeren (zoals roetfilters) of beperkingen op te leggen aan het gebruik van zware stookolie, botsen op hevig verzet van onder meer Rusland en China. 
De IMO laat wel toe dat er regionaal lage-emissiezones op zee worden ingevoerd.

Daarom liggen er plannen op tafel om lage-emissiezones, oftewel Emission Control Areas, in te voeren op de Noordzee, het Engels Kanaal en de Baltische Zee. Het Europese voorstel dat nu voorligt bij de IMO voorziet in beperkingen op vlak van zwaveluitstoot vanaf 2015 en voor stikstofuitstoot vanaf 2016. Om daaraan te voldoen moeten schepen een katalysator op hun scheepsmotoren installeren of overschakelen op een andere brandstof, zoals bv. LNG. Enkele maanden geleden bleek reeds uit een onderzoek van het Nederlandse Planbureau voor de leefomgeving dat de baten hiervan de kosten ver overstijgen.

Het instellen van de Noordzee als lage emissie zone zal helpen bij het verbeteren van de luchtkwaliteit op land, omdat de uitstoot van schepen vanaf de drukbevaren Noordzee met de wind naar dichtbevolkte gebieden op land wordt getransporteerd. Ook voor de luchtkwaliteit in Vlaanderen zou een milieuzone op zee een goede zaak zijn. Emissies van zeeschepen die naar onze havens varen, dragen immers voor ongeveer 16% bij aan de luchtvervuiling op land.

Klimaatbeleid