Fijn stof in industriële hot spots blijft problematisch

Het ziet er naar uit dat de actieplannen voor fijn stof in de zogenaamde hot spot zones weinig zoden aan de dijk zetten. Dat blijkt uit het antwoord van minister Hilde Crevits op een parlementaire vraag van Michèle Hostekint (SP.a). Hotspot zones zijn industriële gebieden waar sterk verhoogde concentraties fijn stof worden gemeten en waar zonespecifieke maatregelen nodig zijn om de luchtkwaliteit te verbeteren. Het gaat om de Antwerpse haven, de Gentse kanaalzone, Oostrozebeke, Roeselare en Ruisbroek. Omdat de normen voor fijn stof in deze zones stelselmatig overschreden worden, werden twee jaar geleden actieplannen opgemaakt om het fijn stof gehalte terug te dringen. 

Uit het antwoord van de minister blijkt dat ook de afgelopen jaren in al deze zones overschrijdingen van de normen opgetekend werden. Zoals we vroeger reeds schreven, bevatten deze actieplannen te weinig concrete maatregelen. Het gaat vooral om bijkomend onderzoek, uitvoeren van metingen, beter samenwerking tussen administraties,… Voor de spaanplaatsector in Oostrozebeke werden wel concrete maatregelen ingevoerd, met name het plaatsen van bijkomende filterinstallaties. Ondertussen loopt ook een studie naar best beschikbare technieken in de spaanplaatsector om te onderzoeken hoe nog kan ingegrepen worden. 

Luchtkwaliteit