Invulling rioleringsbeleid grote uitdaging voor volgende Vlaamse regering

Elk jaar komt de rioleringssector, gegroepeerd in Valrio, bijeen om een stand van zaken te maken van het rioleringsbeleid. Ook BBL neemt steevast aan die dag deel: zonder rioleringsbeleid geen (kans op) proper water. Maar het nieuws was niet opbeurend.

Op de jaarlijkse VLARIO- dag bleek dat de Vlaamse overheid stilaan alle controle aan het verliezen is over het rioleringsbeleid. Waar een duidelijk kader ontbreekt, neemt de sector stilaan zelf de touwtjes in handen. Zelfs een duidelijke voorzet van Vlario, die zelf een voorstel van stedenbouwkundige verordening ontwikkelde, en daarbij de steun kreeg van het Vlaams parlement, blijft in de schuif van minister Van Mechelen liggen.  De keuring op de rioolaansluiting – essentieel voor een goede controle – is ook al door de sector zelf uitgewerkt. Verschillende intercommunales en gemeenten zijn volop bezig met ze zelf te operationaliseren omdat er geen engagement is van het gewest om dat te doen. De zoneringsplannen zijn dan wel afgerond geraakt, maar zelfs het kader van de uitvoeringsplannen is nog niet rond.

Het rioleringsbeleid wordt een stevige klus voor de volgende Vlaamse regering. Want hoewel deze Vlaamse regering heel wat financiële middelen heeft vrijgemaakt voor de afvalwaterzuivering, heeft ze het beleidskader, dat nodig is om die middelen ook efficiënt aan te wenden, verwaarloosd. De gemiddelde doorlooptijd van gesubsidieerde gemeentelijke projecten is opgelopen tot meer dan zes jaar. De voorziene budgetten worden maar deels uitgegeven. Een en ander heeft te maken met complexe administratieve regelingen, veel betrokken partners en een gebrekkige planning bij sommige gemeenten..

Ook inzake de financiering werden onder Van mechelen geen lijnen uitgezet. Op de Vlario-dag bleek dat de aanwezige politici weinig antwoord hadden op de vraag hoe een sluitende financiering er moet uitzien. Een verdere verhoging van de subsidies vanuit Vlaanderen ligt niet voor de hand, zeker niet nu blijkt dat die subsidies erg lang in de procedures blijven hangen. Niemand sloot een verhoging van de bijdragen via de waterfactuur echt uit, al was er in deze pre-electorale periode ook weinig enthousiasme voor. Enkel Bart Martens (sp.a) bleek een hemelwatertaks expliciet genegen, op voorwaarde dat die vermijdbaar zou zijn én als de opbrengst naar ‘afkoppeling’ zou gaan. Wordt vervolgd na 7 juni.

Waterkwaliteit