Klimaatbeleid niet langer laten kruipen maar leren lopen

De Vlaamse regering en het parlement buigen zich momenteel naar aanleiding van het klimaatakkoord in Parijs over het toekomstige klimaatbeleid.  Anno 2016 breken klimaatoplossingen massaal door. Duurzaam is niet langer duur. Maar onze overheden zullen zich moet reppen als ze klaar willen zijn voor de ontwrichting van de fossiele economie.

Een peuter leren we niet steeds beter kruipen. Nee, op een bepaald moment leert die lopen. En wat later zwemmen of fietsen. Zulke ontwikkelingssprongen zijn goed herkenbaar. Net door het oude in te wisselen voor het nieuwe, gaat er een betoverende wereld open.

Het klimaat- en energiebeleid staat nú ook voor zo een kwalitatieve sprong. De afgelopen 25 jaar verdween er in België bijna een vijfde van de vervuiling. Gebouwen, voertuigen of de industrie springen nu efficiënter om met fossiele brandstoffen. Ze blazen minder CO2 de lucht in. Dat is een goede zaak. Maar het volstaat niet langer.

In Parijs hebben de overheden zich ertoe geëngageerd om de vervuiling naar nul terug te brengen. Dat is nodig om klimaatchaos te voorkomen en het gevaar van de stijgende zeespiegel in te dijken. Nuluitstoot is niet haalbaar door fossiele brandstoffen steeds efficiënter te gebruiken. Dat is zoals een peuter aanleren steeds beter rond te kruipen op handen en knieën.  Nee, om het gebruik van steenkool, olie of gas te bannen, is er een sprong nodig. Of met een duur woord: systeeminnovatie.

Gelukkig is die systeeminnovatie in één sector - die van de elektriciteitsproductie - al volop aan de gang. Daardoor kunnen we er ons iets bij voorstellen. De elektriciteitsproductie evolueert van fossiele naar hernieuwbare energiebronnen. Vorig jaar is er wereldwijd meer geïnvesteerd in die schone bronnen dan in olie, gas of steenkool. Ze zijn immers steeds beter en goedkoper. Duurzaam is niet langer duur.

Maar om zo een hernieuwbaar energiesysteem te laten functioneren, zijn er ingrijpende aanpassingen nodig. Zowat alles moet anders. De elektriciteitsprijs en -vraag zullen het wisselend aanbod uit duizenden hernieuwbare bronnen volgen, de consument wordt producent, logge elektriciteitscentrales zijn passé en de infrastructuur van het elektriciteitsnet gaat op de schop. Alleen al die verandering van het elektriciteitssysteem is een hele boterham en zal verschillende decennia duren.

Maar na de elektriciteitssector, zien we nu de eerste tekenen van de ontwrichting of disruptie van de héle fossiele economie. Olie wordt het nieuwe roken. Elektrische, autonome en gedeelde mobiliteit zet het mobiliteitssysteem op z’n kop. Woningen worden zo energiezuinig dat ze amper nog stookolie of gas verbruiken. Zonneboilers en warmtepompen winnen aan populariteit. Miljoenen uitlaten en schoorstenen zullen uit het straatbeeld verdwijnen.

Momenteel is Vlaanderen een exportkampioen in fossiele brandstoffen en wagens met verbrandingsmotor. Die producten zullen het komende decennium in de verdrukking komen. Ondernemers en beleidsmakers gaan zich moeten reppen om het geweer van schouder te veranderen. De toekomstige welvaart van Vlaanderen hangt ervan af. In de autoindustrie komt de kentering al op gang. Maar voor iedere onderneming die vooruit wil in Vlaanderen, vind je er één die tegenwringt.

De benodigde systeemverandering vorm geven is geen sinecure. We hebben nog geen fractie gezien van de vele uitdagingen en moeilijkheden die zich zullen voordoen als we zo goed als alle energie in gebouwen, transport of industrie zonder broeikasgassen willen voorzien. Nochtans wil niet één vader of moeder dat z’n kleintje blijft rondkruipen omdat leren stappen niet zonder blutsen en builen kan. Al doende leert men. Dat is de enige weg vooruit.

Vóór 2020 moeten politici twee belangrijke stappen zetten. Enerzijds alle steun voor fossiel schrappen: van de verloning met wagens en diesel over de subsidies voor raffinaderijen tot het stookoliefonds. De zoektocht naar sociaal rechtvaardige en economisch zinnige alternatieven ligt open. Anderzijds, de bouwstenen aanbrengen voor een systeem dat de snelle groei van hernieuwbare warmte en elektrisch transport aankan. Het energiesysteem verandert in een grote werf. Het klimaat- en energiebeleid moet voor de oriëntatie en het draagvlak zorgen. Niet langer het bestaande beter doen, is de uitdaging voor onze beleidsmakers anno 2016. Wél radicaal inzetten op de uitbouw van een volledig hernieuwbare en circulaire economie

Klimaatbeleid

Meer over Klimaatbeleid