Maar 10 nieuwe windmolens in 2010

In Vlaanderen werden in 2010 slechts tien nieuwe windmolens gebouwd. Dat blijkt uit de cijfers van de Vlaamse windenergie associatie. Dat het er zo weinig zijn, heeft onder meer te maken met de onduidelijke wetgeving. In het nieuwe decreet op de ruimtelijke ordening werd de inplanting van windmolens in landbouwgebied algemeen toegelaten, waarna een stormloop van aanvragen in landbouwzones volgde. Maar omdat in het decreet geen voorwaarden voor landschap of afstand tot bebouwing werden vastgelegd, lokken deze aanvragen veel protest uit, waardoor procedures vastlopen. Daarom wordt al sinds het begin van de legislatuur een nieuwe omzendbrief met duidelijke inplantingsvoorwaarden in landbouwgebied aangekondigd, maar die is er nog steeds niet.

In een debat in het Vlaams parlement hierover stelde minister Freya Vandenbossche dat de trage groei te wijten is aan een combinatie van factoren, zoals de beperkte capaciteit van het elektriciteitsnet, moeilijke juridische procedures en het soms beperkte draagvlak bij omwonenden. Aan het verbeteren van de capaciteit van het net wordt volop gewerkt, onder meer met het Stevin-project. Wat de wettelijke procedures betreft, verwacht de minister op korte termijn een advies van de ‘Windwerkgroep’ over het aanpassen van de bestaande omzendbrief en over het gebruik van zoekzones voor nieuwe windmolens. Die zoekzones houden rekening met het landschap, de afstand tot bewoning, enz.. Daardoor kunnen aanvragen in deze zones sneller en beter beoordeeld worden. Daarnaast pleit de minister voor de integratie van de bouw- en de milieuvergunning. Nu moeten beide vergunningen apart worden aangevraagd, wat voor veel juridische rompslomp zorgt. Om het lokaal draagvlak te vergroten, wil minister Vandenbossche dat omwonenden vooraf actiever worden betrokken bij nieuwe aanvragen en dat ze nadien via een coöperatie kunnen delen in de financiële baten van een windmolen.

Windenergie