Meer agro-ecologie in beleid en onderzoek kan onze landbouw helpen verduurzamen

BioForum Vlaanderen, Bond Beter Leefmilieu, VELT, Vredeseilanden en Wervel organiseerden op dinsdag 16 december jl. een congres dat het potentieel aantoont van een agro-ecologische aanpak in Vlaanderen. Omdat het huidige landbouwmodel op zijn grenzen botst, doen zij een oproep aan onderzoeksinstellingen, beleid en grote marktspelers om een bocht in te zetten. Willen we de komende generatie landbouwers klaarstomen voor een duurzamer model, dan zullen we vandaag tien keer meer moeten inzetten op innovatie. 

Een omslag in onze landbouwsector is een project van lange adem en dient stapsgewijs te gebeuren. De obstakels die een innovatieve landbouw vandaag in de weg staan, moeten dringend weggewerkt worden. Pioniers moeten extra gestimuleerd moeten worden en over voldoende experimenteerruimte beschikken. Onderzoek moet inzetten op agro-ecologie. Dat is in het kort het besluit van het congres.

Huidige landbouwmodel niet duurzaam

De wereldwijde druk van het huidige landbouwmodel op milieu en maatschappij is niet te ontkennen. De huidige landbouw blijkt te afhankelijk van eindige grondstoffen en houdt geen rekening met de maatschappelijke kosten die zij in de marge veroorzaakt. De indicatoren voor waterkwaliteit, fijn stof en biodiversiteit blijven ondermaats en onze bodem geraakt stilaan uitgeput. Willen we van landbouw geen roofbouw maken, dan wordt het inzetten op  duurzame alternatieven, zoals agro ecologie, een prioriteit.

Duurzame alternatieven hebben potentieel

Het toekomstige landbouwmodel moet productiviteit en milieukwaliteit combineren en het wereldhongervraagstuk oplossen. De vraag is daarbij niet of een agro-ecologische landbouw in staat is om de wereld te voeden. Prof. Tittonell (Wageningen) keerde tijdens het congres de vraagstelling om: is het gangbare landbouwmodel in staat om de groeiende wereldbevolking duurzaam te voeden? Volgens Tittonell een retorische vraag want rapporten van de FAO (het wereldvoedselprogramma van de VN), beantwoorden die vraag negatief.

Er zijn praktijkvoorbeelden die tonen dat alternatieven haalbaar zijn. Zo is er de Nederlandse biotarweteler Kees Steendijk (link film), die met minimale impact op bodem en omgeving even hoge opbrengsten haalt als zijn gangbare collega’s. Het zijn landbouwers als Kees Steendijk die vandaag met zelf ontwikkelde technieken de innovatiebeweging naar een duurzame landbouw maken. Ondanks het enorme potentieel, wordt de opschaling van dit soort innovaties verwaarloosd vanuit het beleid en landbouwonderzoek en botsen pioniers vaak op grote hindernissen.

Biodiversiteit efficiënt aanwenden

Agro-ecologie staat voor de wetenschap, de praktijken en de sociale beweging die deze ommekeer bepleit. Produceren in samenwerking met het ecosysteem en niet ten koste ervan, dat is wat de maatschappij van een landbouwsector terecht verwacht. Een agro-ecologische landbouw kan overal worden toegepast, ook in België. Het doet de opbrengst toenemen door de biodiversiteit efficiënter aan te wenden, zonder ze te schaden. 

Meer investeren in onderzoek naar duurzame landbouwmodellen

Pioniers verdienen stimulansen en voldoende experimenteerruimte. Obstakels dienen dringend aangepakt. Onderzoeksinstellingen zouden meer moeten inzetten op gericht onderzoek naar agro-ecologische technieken en grote marktspelers dienen hun leveranciers aan te sporen tot agro-ecologische landbouwtechnieken. De vraag hoeveel publieke onderzoeksmiddelen er momenteel gaan naar onderzoek en ontwikkeling van de gangbare landbouwmodellen en hoeveel er verhoudingsgewijs wordt geïnvesteerd in duurzame alternatieve modellen stelt zich daarbij scherp. 

Landbouw