Milieueffectenrapport moet doorwerken in ruimtelijke planning

Vorige maand bracht de Raad van State een belangrijk arrest uit over de milieueffectrapportage (MER). De zaak draait rond een nieuw woongebied in Kontich, dat door de Vlaamse regering werd ingekleurd in het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) voor het stedelijk gebied Antwerpen. De nieuwe woonzone is gelegen vlak naast de E19. Uit het milieueffectenrapport dat vooraf werd opgemaakt, bleek dat het lawaai hier veel hoger zal liggen dan wat goed is voor de gezondheid. Daarom raadde het milieueffectenrapport aan om het bouwen van geluidsschermen op te nemen in de bindende stedenbouwkundige voorschriften van het RUP. Dat gebeurde echter niet.

Ook op vlak van luchtkwaliteit is deze woonzone problematisch. Zo blijkt uit het MER dat de normen voor verzurende stikstofoxiden (NOx) hier worden overschreden. Het ruimtelijk plan werd echter goedgekeurd zonder bijkomende milieumaatregelen te voorzien. Volgens de Raad van State kan dat niet en die vernietigde daarom het ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bart Martens (Spa) interpelleerde Vlaams minister voor leefmilieu Joke Schauvliege (CD&V) hierover in het parlement. Volgens de minister had de regering beter moeten motiveren waarom ze afweek van het milieueffectenrapport. Maar het gaat hier natuurlijk over veel meer dan een gebrekkige motivering. Het gaat hier over de bescherming van een gezond leefmilieu bij het intekenen van nieuwe woonwijken in een stedenbouwkundig plan.

Bart Martens hield in het parlement een pleidooi om na te denken over ‘omgevingsplannen’, naar analogie met de omgevingsvergunning (die de bouw- en milieuvergunning integreert in één vergunning). Dergelijke omgevingsplannen zouden niet enkel stedenbouwkundige voorschiften, maar ook milieuvoorschriften bevatten. Volgens minister Schauvliege is er echter geen nood aan nieuwe soorten plannen.

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen