Minder hartproblemen in voetgangersvriendelijke steden

Een grootschalig onderzoek bij meer dan 400.000 mensen in 22 Britse steden toont aan dat inwoners met goede voetgangersvoorzieningen minder hartproblemen hebben. Het is daarom belangrijk dat stadsbesturen investeren in brede voetpaden, doorsteekjes voor voetgangers en verkeersvrije straten. Want dat zet mensen aan tot wandelen, wat op zijn beurt zorgt voor een lagere bloeddruk en minder gezondheidsproblemen.

Goed stadsontwerp, goed voor de gezondheid

Dit is de meest grootschalige studie ooit die het verband tussen de ‘bewandelbaarheid’ van steden en de bloeddruk van inwoners onderzocht. Voor het onderzoek werd eerst per stad een wandel-index van woonwijken opgemaakt. Vervolgens werden de medische gegevens van 430.000 mensen uit die stadswijken bestudeerd. Er blijkt een duidelijk verband te bestaan tussen wijken met veel voetgangersvoorzieningen en een verminderd risico op hypertensie of te hoge bloeddruk. Naar schatting één op de drie volwassen heeft af te rekenen met een te hoge bloeddruk.

In het onderzoek werd rekening gehouden met leefstijl (zoals roken) en socio-economische factoren (zoals armoede). Ook na die correcties blijven de resultaten consistent.

Dat wandelen en bewegen goed is voor de gezondheid, wisten we natuurlijk al. Maar deze studie toont nu ook aan dat een goed stadsontwerp, waarbij letterlijk voorrang wordt gegeven aan voetgangers, ook goed is voor de gezondheid. In het stedenbouwkundig jargon noemt men dat de ‘doorwaadbaarheid’ van wijken. Door short-cuts of doorsteekjes voor voetgangers te voorzien, door de oversteekbaarheid van autowegen te verbeteren, door pleinen verkeersvrij te maken of door aantrekkelijke wandelroutes uit te bouwen door het centrum, wordt die doorwaadbaarheid groter. Zo kunnen stedenbouwkundigen onrechtstreeks bijdragen aan minder uitgaven voor de gezondheidszorg.

Van belang voor Vlaanderen

Dit onderzoek in Britse steden spitste zich toe op korte verplaatsingen. Om de wandel-index van wijken op te maken, werd gekeken naar voetgangersvoorzieningen in een straal van 1 en 2 kilometer. Voor die korte afstanden wordt in Vlaanderen nog al te vaak de auto genomen. Uit het ‘Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen’ blijkt dat we voor kleine verplaatsingen van 1 tot 3 kilometer, in twee op de drie gevallen de auto gebruiken. Te voet gaan is in dat geval veel gezonder.

Het goede nieuws is dat de afgelopen jaren de auto aan populariteit inboet voor korte afstanden. En met dit nieuwe onderzoek in de hand, hebben steden een extra argument om die positieve evolutie te ondersteunen met een goede wijkinrichting.

> Meer details? Blader eens door het onderzoek

Luchtkwaliteit

Meer over Luchtkwaliteit