Dit opiniestuk verscheen eerder in De Standaard (10/3/2021) © Annie Spratt

Minder vee, een kwestie van gezond boerenverstand

Dit opiniestuk verscheen eerder in De Standaard (10/3/2021) © Annie Spratt

Technische maatregelen zoals emissiearme stallen schieten tekort.

Technologie volstaat niet om de uitstoot van de landbouw te beperken, toch blijven CD&V en de Boerenbond daarbij zweren. Zonder een krimp van de veestapel lukt het niet, zegt Laurens De Meyer.

De stikstofcrisis illustreert opnieuw hoe problematisch de disproportioneel grote veestapel is. 74 procent van de stikstofdepostie in Vlaanderen is afkomstig uit de landbouw, en dat ligt vooral aan de veeteelt. Te veel reactieve stikstof in de lucht is slecht voor de gezondheid en het milieu. Waar andere sectoren de laatste jaren een reductie realiseerden, heeft de landbouw dat sinds 2008 amper gedaan. De reden? Technische maatregelen zoals emissiearme stallen schieten tekort.

Sonja De Becker, de voorzitster van Boerenbond, gaf in Terzake aan dat het niet gaat om het aantal poten, maar om de emissie. Dat is onjuist. De uitstoot volledig vermijden is onmogelijk. Veel dieren met een kleine uitstoot veroorzaken in totaal nog steeds een grote uitstoot. De winsten geboekt dankzij technische maatregelen, werden door een toename van de kippen en de melkveestapel tenietgedaan. De belastingbetaler draait daarvoor op. Sinds 2004 werd zo'n 190 miljoen uitgegeven via het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds voor de bouw van emissiearme stallen. Met een uitstoot die amper gedaald is, kun je dat bezwaarlijk een interessante maatschappelijke investering noemen.

Te veel dieren, te veel mest

Dezelfde problematiek speelt bij het mestbeleid. In 2006 zette toenmalig minister van Leefmilieu Kris Peeters (CD&V) de deur open voor een uitbreiding van de veestapel. Mestverwerking zou het mestprobleem oplossen. Dat kost de belastingbetaler aardig wat geld. Intussen is de waterkwaliteit gestagneerd en gaat ze er op sommige plaatsen zelfs op achteruit. Hoe komt dat? Ook de technische maatregelen rond mestverwerking volstaan niet. Bovendien is de wetgeving te complex, fraudegevoelig en moeilijk afdwingbaar. Het probleem is nochtans duidelijk: te veel dieren produceren te veel mest.

Sonja De Becker deed een afbouw van de veestapel in Terzake af als een ideologische keuze, en zelfs als een fetisj. ­Tegenover zo'n inhoudsloze retoriek staan harde cijfers.

Hetzelfde verhaal bij klimaat: de uitstootcijfers voor landbouw dalen al ruim tien jaar amper. En ook daar ligt de veestapel aan de basis. Die stoot directe broeikasgassen uit door verteringsprocessen en mest, en veroorzaakt indirect ontbossing. Alweer kiest het beleid voor de technische weg. In 2019 werd een convenant afgesloten om de aan veeteelt gerelateerde uitstoot te reduceren via technische ingrepen. In deze krant haalde een betrokken onderzoeker van het Instituut voor Landbouw- en Visserij­onder­zoek onlangs aan dat het onmogelijk wordt om met de voorge­spie­gelde maatregelen de reductie voldoende te verminderen (DS 13 februari)

Ook al spreken de cijfers het tegen, de tandem Boerenbond en CD&V blijft technische maatregelen als de ultieme oplossing voorspiegelen. Sonja De Becker deed een afbouw van de veestapel in Terzake af als een ideologische keuze, en zelfs als een fetisj. ­Tegenover zo'n inhoudsloze retoriek staan harde cijfers. Een afbouw van de veestapel is een kwestie van gezond boerenverstand, die drie prangende milieuproblemen in één klap ten gronde mee aanpakt. De technische maatregelen daarentegen kosten handenvol geld en bereiken hun doelstellingen niet.

Geef de boer ademruimte

Deze afbouw mag geen sociaal bloedbad worden en hoeft niet veel belastinggeld te kosten. Een oplossing is om nutriëntenemissierechten (NER) als sturend instrument aan te wenden. Dat zijn verhandelbare rechten die een landbouwer het recht geven om vee te houden. Ondernemers die nog willen investeren, kunnen bijvoorbeeld verplicht worden om meer NER's aan te kopen. Het overschot wordt dan uit de markt genomen. Ook de vergrijzing binnen de landbouwsector biedt een kans. De productierechten van wie stopt uit de markt ­halen, zal de veestapel zacht richting vermindering sturen.

Belangrijk is dat vooral de inten­sieve veehouderij daarin haar verantwoordelijkheid neemt. Landbouwers die diensten leveren voor natuur en klimaat, bijvoorbeeld door hun runderen in te zetten voor natuurbeheer of graslanden in te zetten voor koolstofopslag, verdienen een beloning. Zo ontstaat een alternatief verdienmodel, dat een veel kleiner beslag legt op de milieugebruiksruimte en de boer ademruimte geeft. Dat zou de stiel weer interessanter maken voor jonge boeren - dat kan het begin van een nieuw landbouwtijdperk betekenen.

We rekenen erop dat beleidsmakers de kar volop trekken, in het belang van de sector, het milieu en de omwonenden. Ook de Boerenbond en CD&V zouden deze piste beter omarmen, in de eerste plaats om opnieuw zuurstof te geven aan de landbouw zelf.

Landbouw

Meer over Landbouw