Nieuwe afvalcijfers voor Vlaanderen: tijd om in te zetten op afvalpreventie

Begin deze week gaf de Minister van Leefmilieu Joke Schauvliege de cijfers vrij van het ingezamelde huishoudelijk afval in 2010. Laat er geen misverstand over bestaan: de Vlaming doet het nog altijd behoorlijk goed op vlak van sorteren in vergelijking met andere landen. Onze regio is nog steeds veruit koploper op vlak van selectieve inzameling. Maar de daling van de afvalberg, vooral van het restafval, valt stil. Het klassieke afvalbeleid zit op zijn tandvlees. Willen we de sprong maken naar een afvalloze kringloopmaatschappij, dan moeten we het nieuwe materialenbeleid snel en doordacht invoeren.

In 2010 was er een daling van het totaal ingezamelde afval te noteren van 0,7%. Deze kleine daling is grotendeels veroorzaakt door een lager aanbod gft- en groenafval (-4,4%). Dit kan wellicht verklaard worden door een combinatie van het gewichtsafhankelijk maken (diftar) van de tarieven voor groenafval en klimatologische omstandigheden. Voor het overige is er een kleine daling te merken in de hoeveelheid ingezameld bouw- en sloopafval, terwijl de inzameling van houtafval met 3,4% toenam ten opzichte van 2009. Deze relatief kleine veranderingen zijn het gevolg van beter toezicht op containerparken, en toepassen van diftar.

Bij het interpreteren van de inzamelcijfers moet je wel steeds in het achterhoofd houden dat een daling niet meteen betekent dat er effectief minder van een bepaalde afvalstroom geproduceerd werd. Door veranderingen in beleid op containerparken kunnen verschuivingen optreden van de ene naar de andere stroom. Zo is de grote daling in het ingezameld gemengd kunststofafval (-12%) zo goed als zeker het gevolg van het afschaffen van het apart inzamelen van deze stroom in een aantal containerparken. De "verdwenen" tonnen in deze stroom zijn dus wel degelijk nog geproduceerd en eindigen terug in het restafval.

 

No time to waste

De meest problematische stroom, het restafval dat verbrand moet worden, steeg dan weer met 2,3%. Het behalen van de doelstelling van 150 kg restafval per inwoner betekent niet dat we op onze lauweren kunnen rusten. Werk maken van het duurzaam materialenbeleid vastgelegd in het materialendecreet betekent inzetten op het hoogwaardig sluiten van materiaalkringlopen, en restafval vermijden. Verbranden van materialen is immers verspilling, en moeten we dus in de eerste plaats aanpakken.

Vorige week nog vroegen de Serv, Salv en Minaraad in een gezamenlijk advies om in de eerste plaats op afvalpreventie in te zetten bij de uitwerking van het nieuwe afval- en materialenreglement (Vlarema). Dit doe je niet door extra afvalverbrandingscapaciteit uit te bouwen, zoals onlangs nog gebeurd is, maar door in te zetten op een daadkrachtig preventiebeleid gekoppeld aan het stimuleren van materiaalhergebruik en recyclage. In juni nodigde Minister Schauvliege ons en dertig andere stakeholders uit om te werken aan een Materialenpact. We hopen dat het overleg over dit pact snel op gang komt, there is no time to waste.

Afvalbeleid