Propaganda-oorlog in Vilvoorde: Uplace vervalst wetenschappelijke grafieken

De propaganda-oorloog rond de mogelijke komst van het megashoppingcenter Uplace in Machelen bij Vilvoorde heeft tot een triest wetenschappelijk dieptepunt geleid. Uplace heeft een grafiek met wetenschappelijke, statistische gegevens zodanig vervalst, dat je van bewuste desinformatie en manipulatie mag spreken. Het gemeentebestuur van Vilvoorde stuurde onlangs een kritische brief aan Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege (CD&V), die één dezer dagen moet beslissen over de milieuvergunning van Uplace. In die brief wijst het gemeentebestuur op de problematische situatie inzake fijn stof in de regio, die door de komst van het shoppingcenter helemaal onhoudbaar dreigt te worden. Zoals bekend bracht ook de gewestelijke milieuvergunningscommissie om deze reden een negatief advies uit aan de minister.

Uplace reageerde daarop gepikeerd. Volgens het persbericht van Uplace zijn “wetenschappers het er over eens dat niet het autoverkeer maar buitenlandse emissies, bemestingen en natuurfenomenen verantwoordelijk zijn voor 80% van de concentratie fijn stof. De concentratie fijn stof in Brussel stijgt (!) bijvoorbeeld tijdens een autoloze zondag.” Uplace brengt zo misleidende informatie in het debat, en de mensen achter het project manipuleren daarvoor zelfs schaamteloos grafieken met wetenschappelijke gegevens.

Laat ons beginnen met de bewering van Uplace dat fijn stof vooral afkomstig is uit het buitenland. Het klopt dat luchtvervuiling geen grenzen kent en fijn stof zich over honderden kilometers kan verplaatsen. Daardoor is er overal in Europa achtergrondvervuiling aanwezig. Vlaanderen is in Europa echter een netto-exporteur: we voeren meer fijn stof uit naar het buitenland, dan we binnenkrijgen uit andere landen. Het is bovendien vooral op windstille dagen en op dagen met temperatuursinversie - dagen waarop we in onze eigen luchtvervuiling blijven zitten - dat de Europese normen worden overschreden.

Veel belangrijker dan de achtergrondconcentratie, is de lokale bijdrage vanuit verschillende bronnen. Zo komen we bij de bewering van Uplace dat landbouw de belangrijkste bron is van fijn stof. Die bewering klopt wel in zijn algemeenheid voor gans België, maar is zeker niet van toepassing op de inplantingsplaats van Uplace, want hier is geen sprake van landbouw. Op een verkeersintensieve locatie, zoals aan het viaduct van Vilvoorde, heeft het autoverkeer onmiskenbaar de belangrijkste bijdrage in uitstoot van fijn stof. Bovendien zorgt landbouw vooral voor de grovere fractie van fijn stof, onder meer door opwaaiend zand en bemesting. Die grotere fractie van het fijn stof (het zgn. PM10) is echter minder problematisch voor de gezondheid.

Het meest schadelijk voor de gezondheid is het ultra-fijn stof, ook wel dieselroet of Black Carbon (BC) genoemd. Van dit ultra-fijn stof is het autoverkeer, en dan vooral het dieselverkeer, met voorsprong de belangrijkste bron. Dit dieselroet hangt trouwens niet zozeer samen met het gemeten niveau van PM10 (de grovere fijn stof fractie), maar correleert vooral met de niveaus van verzurende stikstofdioxiden (NO2), ook een typische emissie van (diesel)voertuigen. Als de niveaus van NO2 stijgen, stijgt automatisch ook het dieselroet in de lucht. En laat nu juist heel de zone rond de Brusselse ring één van de meest problematische punten zijn voor NO2. Uit een  modellering van VMM blijkt dat het NO2 jaargemiddelde overal langs de Brusselse ring wordt overschreden. We kunnen er dan ook van uit gaan dat het niveau aan dieselroet hier veel hoger ligt dan gezond is.

En zo komen we dan bij de volgende bewering: op autoloze zondag zou het niveau van fijn stof in Brussel zelfs stijgen. Uplace gebruikt daarvoor een grafiek van het Brussels Intsituut voor Milieubeheer (BIM) over de verkeersvrije zondag van 2009, maar laat wel één essentiële lijn op deze grafiek weg, nl. die van het dieselroet! Op de gemanipuleerde grafiek van Uplace staat alleen de evolutie van de grovere fractie van het fijn stof (PM10), maar de evolutie van ultrafijne dieselroet (BC) werd weggegomd. Door de weersomstandigheden was er die dag inderdaad een toename van de grovere PM10-concentraties (door opwaaiend zand e.d.). Moest er die dag wel verkeer geweest zijn, dan zouden die PM10 concentraties nog veel hoger gelegen hebben. Wat je op de gecensureerde grafiek van Uplace echter niet ziet, is dat het niveau van het schadelijke BC die dag spectaculair daalde (ondanks de toename van de grovere fractie van het fijn stof). Dat kom je alleen maar te weten als je de originele grafiek bekijkt!