Bij LETS wordt er Leuk EigenTijds Samengewerkt. Solidariteit en verantwoordelijkheid dragen op sociaal, ecologisch en economisch gebied, sociale insluiting en vertrouwen zijn daarbij kernwaarden. LETS staat voor "Local Exchange and Trading System". Vrij vertalen we dit wel eens als "lokaal uitwisselingssysteem". Het ruilsysteem in deze vorm ontstond in een plaats in Canada waar op korte termijn de werkverschaffing en dus rechtstreeks de inkomsten van mensen wegtrok. Uit noodzaak gingen zij weer ruilen, maar dan wel op een eigentijdse manier. Nadien heeft het idee zich snel verspreid over de hele wereld.

Relatie in plaats van geld

Bij LETS wordt er Leuk EigenTijds Samengewerkt. Solidariteit en verantwoordelijkheid dragen op sociaal, ecologisch en economisch gebied, sociale insluiting en vertrouwen zijn daarbij kernwaarden. LETS staat voor "Local Exchange and Trading System". Vrij vertalen we dit wel eens als "lokaal uitwisselingssysteem". Het ruilsysteem in deze vorm ontstond in een plaats in Canada waar op korte termijn de werkverschaffing en dus rechtstreeks de inkomsten van mensen wegtrok. Uit noodzaak gingen zij weer ruilen, maar dan wel op een eigentijdse manier. Nadien heeft het idee zich snel verspreid over de hele wereld.

Als voorzitter van LETS Vlaanderen speelt Peter Dauwe een trekkersrol bij het eigentijds ruilsysteem. LETS verbindt mensen op een duurzame manier. Het draait niet om geld, maar om relaties. Er wordt gestreefd naar hergebruik, herstellingen en recyclage. Je kan met meerdere gezinnen één grasmachine of heggenschaar gebruiken, samen naar de winkel of het containerpark rijden en spullen hoef je niet meer weg te gooien: je kan ze verletsen. LETS is ecologisch en Peter getuigt. 

1. Wat is je vroegste milieuherinnering?

Ik herinner mij nog de plant-een-boom-actie van de toenmalige BRT met nonkel Bob. Ongetwijfeld kwam zo’n actie niet uit de lucht gevallen en kan de enorme weerklank ook verklaard worden door een ‘laat ons een bloem en wat gras dat nog groen is…’ van Louis Neefs in 1970. Bij ons in de tuin werden er maar liefst vier berken geplant. Dat bomen groeien, zou pas achteraf blijken. In ieder geval waren het bomen met een statement. 

2. Wat is jouw favoriete plek?

De fietsknooppunten zijn een fantastische uitvinding en die Limburgse mijningenieur verdient een monument. Altijd weer nieuwe ontdekkingen. De wijdheid langs een stroom vind ik altijd heel bekoorlijk. Bosranden hebben ook zoiets van een grens die er geen is, het plotse licht en de wind die vrij spel krijgt…

3. Wanneer deed je voor het laatst iets voor het klimaat, en wat?

Met energie trachten we zo bewust mogelijk om te gaan. Diesel vervangen door CNG (al blijft het een fossiele brandstof) mag in deze transitietijd toch als een stap vooruit gezien worden. Temeer omdat we het gasverbruik binnenshuis verminderden door een pelletkachel. De elektriciteit wekken we zelf op met zonnepanelen voor een kwart van ons verbruik. Vorig jaar kwam er een elektrische fiets, die gevoelig wat autokilometers heeft overbodig gemaakt.

4. Wat beschouw je zelf als je meest geslaagde actie?

Ik heb ooit nog gewerkt voor RALDES, de milieuvereniging die in de streek van Aalst en Dendermonde vooral het geknoei met de ruimtelijke ordening en milieunormen aan de kaak stelde. Ook en vooral zelfs langs juridische weg, met geduld en vastberadenheid.

Toch mag het belang niet over het hoofd gezien worden van bewustmakende acties, zoals de Repair Café’s. Vanuit LETS Vlaanderen hebben we bijgedragen tot de groei hiervan in Vlaanderen, onder impuls van het Netwerk Bewust Verbruiken. In Aalst ben ik persoonlijk medeoprichter. Het samengaan van een milieudoelstelling (i.v.m. de afvalberg) en het sociaal aspect van ‘wij helpen elkaar’, expertise delen, vrijwilligers van allerlei hoeken en kanten… is gewoon schitterend.

5. Welke milieu-organisatie buiten de jouwe, heeft je het meest geïnspireerd het voorbije jaar?

De Fietsersbond ontpopt zich steeds zichtbaarder als een sterke organisatie die zowel voor individuele vragen en noden als algemeen beleid aandacht heeft, dit deskundig onderbouwt, netwerken opbouwt en inspireert.

Ik denk ook aan de Veggie-beweging, die via onze kinderen, ook op onze tafel tot een verminderde vleesconsumptie geleid heeft en in elk geval een hoger bewustzijn over voeding, milieu, dierenwelzijn. 

6. Hoe overtuig jij mensen van de goede zaak? 

Authenticiteit is belangrijk. Consequent zijn. Dat is niet noodzakelijk uit de hoek komen met de strafste standpunten, maar wel vooral in respect voor diversiteit en verschillen in levensopvattingen en -situaties, de openingen voor verandering helpen zichtbaar maken. Zo leidt bijvoorbeeld een half uurtje brainstormen over LETS, ruilen, delen, hergebruik en samengebruik al heel snel tot een sterker inzicht over het ‘waarom’ van dit alles.

7. Welke tip /goede raad zou je graag nog meegeven voor andere mensen in de milieubeweging?

De milieubeweging is een bos met vele bomen, wat heel goed is. Hierdoor kan zowel technisch - dossiermatig sterk ingezet worden, als aan publieke bewustmaking worden gedaan, de ondersteuning van ons aller gedrag als consument, bedrijf, enz.

Ik heb het gevoel dat de sociale reflectie bij deze twee werkterreinen nog sterker kan. Welke boodschap heeft de milieubeweging voor de 15% armsten, de alleenstaande gezinnen al dan niet met precaire middelen, mobiliteitsarme en zorgbehoevenden? ‘Neem maar een deelauto of het openbaar vervoer’ kan vrij hol overkomen als voor het eerste het budget ontbreekt en het andere het aanbod ontoereikend is. Zowel in de research, als in het uitzetten van prioriteiten en het educatief werk is belangrijk dat de aansluiting bij àlle lagen van de bevolking zichtbaar en duidelijk is.