Steunmaatregelen groene stroom: verwarrend spektakel. Deel 2 bijstook en afvalverbranding.

In de media ging alle aandacht naar de drastische verlaging van de steun voor zonnepanelen. Maar dat was niet de enige zorgwekkende beslissing die de regering nam. Waarom bijvoorbeeld, blijft de regering de consument dwingen om te betalen voor ‘groenestroomcertificaten’ voor de bijstook van biomassa in verouderde, inefficiënte en  extreem vervuilende steenkoolcentrales? En waarom blijft de veel te gulle subsidiëring van afvalverbranding en de ondersteuning van onduurzame biomassastromen overeind?

De extreme daadkracht van de regering inzake zonnepanelen, staat in schril contrast met haar zeer zwakke optreden in zake groenestroomcertificaten uit biomassa. De regering is veel milder voor Electrabel (bijstook van biomassa in steenkoolcentrales) en de sector van de afvalverbranding. Daar blijven geldstromen naar toe vloeien. Deze geldstromen naar gevestigde lobbies vallen – in tegenstelling tot de investeringen in zonnepalen – niet te verantwoorden vanuit de idee van het in de markt brengen van nieuwe technologieën.

Er kwam weliswaar een kleine aanpassing aan de steun voor bijstook in steenkoolcentrales, maar dit doet niets af aan het feit dat de Vlaamse regering de ondersteuning van de bijstook van biomassa in steenkoolcentrales bevestigt. Elektriciteitsproducenten zullen voortaan nog steeds de helft van de certificaten ontvangen voor de bijstook in steenkoolcentrales tot 60 %. Voor het aandeel boven de 60% krijgen ze de volle pot. Het toevoegen van biomassa aan steenkool is echter een verspilling van kostbare biomassa. We publiceerden vorig jaar een dossier dat aantoont hoe vervuilend bijstook van biomassa is, en hoe de groene stroomcertificaten de steenkoolcentrales rendabel houden. Vanuit dit oogpunt blijft elke steun aan bijstook van biomassa in deze centrales verwerpelijk. Voor ons is het duidelijk: biomassa mag je enkel verbranden in moderne centrales die zowel warmte als elektriciteit opwekken, en waar geen steenkool wordt toegevoegd.

Daarnaast negeert de regering de oversubsidiëring van afvalverbranding. Vorig jaar werd beslist om de steun voor afvalverbranding aan de hand van een dubieuze berekening naar boven bij te stellen. Hier wordt ook nu niet aan geremedieerd. Een regering, die enerzijds recyclage wil stimuleren, heeft er blijkbaar geen problemen mee om  de verbranding van recycleerbare fracties onder het mom van groenestroomopwekking financieel te ondersteunen.

Tot slot blijven ook onduurzame biomassastromen van subsidies genieten. Zo ontvangen talloze installaties die draaien op palmolie groenestroomcertificaten. De palmolieteelt is echter één van de grootste drijfveren voor de steeds verdergaande ontbossing in Zuidoost-Azië. Door deze ontbossing is palmolie uiteindelijk verantwoordelijk voor een hogere broeikasgasuitstoot dan fossiele brandstoffen. Bovendien zijn er ook nefaste effecten op het vlak van milieu en biodiversiteit en bovendien worden de rechten van de lokale bevolking vaak met de voeten getreden. Redenen genoeg om deze vorm van stroomopwekking niet te subsidiëren.

Dat de regering een groeipad voor warmtekrachtkoppelingsinstallaties heeft vastgelegd is een klein lichtpuntje. Dit moet mee zorgen voor een stabiel investeringskader voor deze vorm van energie-opwekking. Jammer genoeg valt deze beslissing in het niets zolang daarnaast wordt ingezet op vervuilende groenestroomproductie.

Het heeft geen zin om ad hoc ondersteuningsmaatregelen te blijven aanpassen à la tête du cliënt. Wat we nodig hebben is een totaalaanpak met een duidelijke visie op hernieuwbare energieproductie. Een visie die tot stand komt in overleg met alle betrokkenen, niet enkel met de sterkste lobbies. En daar blijven we ongeduldig op wachten. Een actieplan hernieuwbare energie ligt er in elk geval nog steeds niet.

Groene warmte