Veel vragen bij vlaktaks voor zonnepanelen

Als het van de netbeheerders afhangt, moeten eigenaars van zonnepanelen vanaf 2013 een flinke duit in het zakje doen. Al wie zonnepanelen op zijn dak heeft, moet 50 euro per kWp ophoesten. Voor een gemiddelde PV-installatie komt dit overeen met een jaarlijkse kost van zo’n 200 euro.

De voorgestelde bijdrage moet niet alleen de kost dekken die veroorzaakt wordt door de stroom die eigenaars van zonnepanelen  op het net zetten, ze vormt ook een vergoeding voor de netkosten voor de stroom die van het net wordt gehaald. Omdat  PV-eigenaars vaak over een “terugdraaiende teller” beschikken, nemen ze volgens de statistieken geen stroom af van het net. Dit stemt niet overeen met de realiteit aangezien de meeste PV-eigenaars wel stroom van het net verbruiken op het moment dat hun eigen zonne-energie niet volstaat. Toch krijgen ze geen netvergoeding aangerekend en dragen ze dus niet bij aan het onderhoud en het beheer van het net en aan de diverse openbare dienstverplichtingen , zoals energiepremies, budgetmeters,… die via de netvergoeding gefinancierd worden.

De ingevoerde netvergoeding moet dit nu rechttrekken en ook mensen met zonnepanelen laten bijdragen aan de netkosten.  Op zich lijkt het dan ook verdedigbaar om een vergoeding aan PV-eigenaars te vragen. Bij de voorgestelde regeling rijzen echter heel wat fundamentele vragen. 

Vestzakbroekzakoperatie

Dat aan zonnepanelen de voorbije jaren soms te rijkelijk ondersteuning werd toegezegd via de groenestroomcertificaten, daarover zijn de meesten het ondertussen eens. De steun voor nieuwe zonnepanelen werd onlangs beperkt tot 90 euro steun per geproduceerde megawattuur. Voor een gemiddelde installatie krijg je op jaarbasis zo ongeveer 400 euro aan groenestroomcertificaten. Trek daar een netvergoeding af van 200 euro en de helft van de steun die investeerders over de streep moet trekken verdwijnt als sneeuw voor de zon. Het kan  niet de bedoeling zijn om via een dergelijke vestzakbroekzakoperatie de fouten uit het verleden recht te trekken. Bovendien zal de aangerekende netvergoeding voor nieuwe investeringen zeer zwaar doorwegen en dat is het laatste wat we nodig hebben.

Onzeker investeringsklimaat

De nieuwe taks komt er op een moment dat er zeer veel onduidelijkheid is over de ondersteuning voor groene stroom. Deze week bleek dat investeringen in hernieuwbare energie hier sterk onder lijden. Dit jaar werd veel minder geïnvesteerd in hernieuwbare energie dan de voorbije jaren. Willen we de groenestroomproductie in Vlaanderen verder laten groeien, dan is er dringend nood aan duidelijkheid. De klimaat- en energiedoelstellingen blijven alleen binnen bereik als we nu volop de kaart trekken van hernieuwbare energie. Een nieuwe regeling die nieuwe investeringen dreigt te fnuiken, kan de sector missen als kiespijn.

Vlaktaks houdt onvoldoende rekening met realiteit

De opgelegde forfaitaire bijdrage van 50 euro per kilowattpiek houdt geen rekening met het gedrag van de gebruiker van zonnepanelen. Ben je een kwistige energieverbruiker of net een heel zuinige? Stem je jouw stroomafname af op de productie van zonnestroom en laat je jouw wasmachine ’s middags draaien? Of trek je je daar niets van en laat je jouw toestellen constant draaien op het moment dat je zelf geen stroom produceert? Veroorzaken jouw zonnepanelen nu echt zoveel extra kosten aan het net, of kunnen die op een andere manier  verhaald worden? Hier houdt de voorgestelde vlaktaks geen rekening mee. Een vergoeding die energiezuinige gebruikers beloont of mensen aanstuurt te consumeren op momenten van piekproductie, zou nochtans niet misstaan. Consumenten de keuze laten om hen een billijke bijdrage te laten betalen in functie van hun reële injectie en verbruik, in combinatie met de installatie van een slimme meter zou soelaas kunnen bieden. Het is dan ook bijzonder jammer dat netbeheerder Eandis dit voorstel in de media als voorbarig afschilderde.

Windenergie