Vergeet het oude, vorm het nieuwe en kijk Trump recht in de ogen

CC Gage Skidmore

Aan een toponderhandelaar vroeg ik of er binnen de EU nieuwe ideeën circuleren nu Trump zich wil terugtrekken uit het klimaatverdrag van Parijs. ‘Niet echt’, bekende hij. Idem voor het vrijhandelsverdrag TTIP: Europa werkt voort alsof er niets is veranderd. Want een echt antwoord verzinnen op de afbraakpolitiek aan de andere kant van de oceaan, is een stuk moeilijker.

In zijn standaardwerk The Great Transformation beschrijft de Joods-Hongaarse econoom Karl Polanyi hoe de democratische regeringen in het Westen de laatste waren om de economische veranderingen van de jaren 30 te vatten. Muntoorlogen en handelsconflicten raasden door de wereld, maar zij hielden vast aan het idee van een stabiel vrijemarktsysteem: een stabiele munt en begroting in evenwicht vóór alles, om goed aan de start te komen als de economische betrekkingen zich normaliseerden. Wat dus niet gebeurde.

Fast forward naar vandaag. De voorbije jaren verzekerde De Europese Commissie ons dat TTIP, het vrijhandels- en investeringsverdrag tussen de EU en de VS dat onderhandeld wordt, ‘ambitieuze normen voor milieu en arbeidsrechten’ centraal stelt. Dat houden ze ook vandaag vol, hoewel er zes dagen geleden een president in het Witte Huis arriveerde die voor onze ogen een sloop van de vrijhandel, van arbeids- en milieurechten organiseert. 

Trump is een economische nationalist. Zoals Steve Bannon, zijn hoofdadviseur, het stelt: “De globalisten hebben de middenklasse bestolen en zorgden voor een nieuwe middenklasse in Azië. De opdracht is om de Amerikanen niet nog eens te belazeren. We gaan een nieuwe politieke beweging bouwen. Conservatieven samen met populisten voor economisch nationalisme.” Met andere woorden: een politiek ten koste van andere landen, van het gelijke speelveld voor ondernemingen, van de mondiale klimaatactie.

Als andere landen ook reageren met economisch nationalisme, ontstaat er een opbod. Handels- of wisselkoersconflicten kunnen zeker voor Europa, dat nog wankelt na de vorige financiële crisis, en Vlaanderen, dat sterk afhankelijk is van internationale handel, slecht uitdraaien. Krampachtig trachten terug te keren naar de liberale globalisering van de voorbije 25 jaar biedt even weinig perspectief. Het zou de metershoge golven van het economisch nationalisme destructief laten inslaan op de Europese ondernemingen en werknemers. 

En dat terwijl bescherming en internationalisme wél kunnen samengaan. In de jaren 90 leefde bij de andersglobalisten de idee om de globalisering sociaal en ecologisch te corrigeren. In die wereldorde zouden sociale normen, milieubescherming en fiscale regels niet langer naar de bodem gejaagd worden door landen die met elkaar concurreren. Met Trump aan het roer is de kans voor zo een mondiale orde exact nul. Maar de onderliggende idee is nog niet verloren.

Europa heeft de grootste markt ter wereld. De uitdaging is om die markt zo in te zetten dat er goedbetaalde jobs bijkomen, de ondernemingen niet blootgesteld zijn aan oneerlijke concurrentie én de milieuvervuiling snel daalt. Europa moet niet meegaan in een protectionistische spiraal, maar moet ook niet dubbel inzetten op de recepten die de voedingsbodem voor Trump vormen. We moeten uitgaan van onze eigen sterkte en maatschappelijke doelstellingen centraal plaatsen. Daarbij zouden Europese investeringen en handelsbetrekkingen in eerste instantie moeten gaan naar landen die hun verantwoordelijkheid oppakken. Met piraten zoals Trump moeten we vooral géén handelsverdrag onderhandelen. Eerder het tegendeel is nodig: een importheffing die de broeikasgasuitstoot van producten uit de VS gelijk belast zoals in de EU.  Of willen we aan de hele wereld het signaal uitzenden dat valsspelen loont en dat je ongestraft klimaatchaos kan veroorzaken? 

Kortom, Europa moet zichzelf heruitvinden, voor zijn maatschappelijke doelstellingen én voor zijn economie. Enkel dan kunnen we de man in het Witte Huis recht in de ogen kijken, als een waardig tegengewicht.

Klimaatbeleid

Meer over Klimaatbeleid