Vlaanderen mag verder worden verkaveld

Op haar laatste zitting keurde de Vlaamse Regering de conceptnota 'Reservegebieden voor wonen' van minister Schauvliege goed. Deze nota gaat vooral over de zogenaamde woonuitbreidingsgebieden, gebieden op de gewestplannen die in principe pas bebouwd mogen worden als er geen ruimte meer is in de effectieve woonzones. Vorige regeringen versoepelden reeds de mogelijkheden om woonuitbreidingsgebieden te verkavelen. En ook met deze conceptnota wordt het verkavelen van die reservegebieden weer wat makkelijker gemaakt. Waardoor onze al slechte ruimtelijke ordening nog verder uit de hand dreigt te lopen.

A zeggen, B doen

Het regeerakkoord kondigde nochtans aan dat er werk gemaakt zou worden van zuinig ruimtegebruik en kernversterking. Door bij voorrang te bouwen in bestaande stads- en dorpskernen, hoeft er geen open ruimte aangesneden te worden voor nieuwe verkavelingen. Zo kan ook de groei van het autoverkeer aan de bron worden aangepakt. Want wie niet nabij het stads- of dorpscentrum woont, is volledig afhankelijk van de auto om op het werk of in de winkel te geraken.

In de effectieve woongebieden is er bovendien nog meer dan voldoende plaats om de verwachte bevolkingsgroei op te vangen. Op de gewestplannen staan zo’n 30.000 ha woongebieden ingekleurd, die nog niet bebouwd zijn. Dat is genoeg voor minstens een half miljoen woningen, terwijl we volgens de bevolkingsprognoses nood hebben aan 330.000 extra woningen. Deze cijfers houden dan nog geen rekening met nieuwe fenomenen zoals het afbreken van oude villa's om ze te vervangen door appartementen, het opsplitsen van te grote, onderbenutte woningen,...  

Het is dan ook een spijtige zaak dat de deur weer wat meer open gezet worden om woonuitbreidingsgebieden, zo’n 13.000 ha in totaal, verder te laten verkavelen. Gelukkig is het nog slechts een conceptnota, definitieve beslissingen worden pas genomen in het kader van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, begin 2016.

Bouwshift