Foto The Dispatch

Waar blijft de structurele aanpak tegen voedselverlies?

Foto The Dispatch

Gisteren werd door o.a. de Vlaamse overheid op de dag van de voedselverspilling ‘De Kostwinners’ gelanceerd, een nieuwe website om voedselverlies onder de aandacht te brengen. Een nobel initiatief, maar in de strijd tegen voedselverspilling blijft het vooral wachten op structureel budget en een monitoringsysteem dat werkt. Daar liggen de hefbomen om voedselverlies echt aan te pakken. 

De Vlaamse regering heeft zich terecht geëngageerd om de internationale doelstellingen rond voedselverspilling te realiseren: een reductie met 30% tegen 2025 en 50% tegen 2030 (t.o.v. 2015). Hiervoor zet ze het Actieplan voedselverlies 2021-2025 in. Dat plan ligt al 1,5 jaar klaar, maar blijft voorlopig vooral dode letter door een gebrek aan financiering. Eerder wezen het Rekenhof (2021) en de adviesraden MINA en SALV (2020) op de nood om een budget te koppelen aan het actieplan, maar voorlopig blijft een eigen planbudget uit. Hoe zinvol is het om een tijdsintensief proces op te zetten met verschillende stakeholders en gedreven ambtenaren waarin wordt toegewerkt naar een sterk actieplan, als er vervolgens geen budget is zodat effectieve uitvoering uitblijft?

Niet investeren in de strijd tegen voedselverlies kost ons elk jaar miljoenen euro’s. In Vlaanderen gooien we met z’n allen jaarlijks voor 886 miljoen euro aan voedsel weg. Prioriteit nummer één zou een degelijke monitoring moeten zijn. Meten is weten, en al zeker in het geval van voedselverspilling. Goed cijfermateriaal is namelijk een basisvoorwaarde om werk te maken van een sterk beleidskader voor voedselverlies. Maar al jaren slagen we er niet in om op een deftige manier onze verliezen te meten. De cijfers van 2017 kunnen niet vergeleken worden met die van 2015, en de cijfers van 2018 zijn er anno 2022 nog steeds niet. Geeft het gebrek aan betrouwbare monitoring aan hoe belangrijk deze Vlaamse regering voedselverspilling vindt? Nochtans verplicht Europa lidstaten om data van voedselverlies jaarlijks door te geven en wil het vanaf volgend jaar ook reductiecijfers verplichten. 

Bovendien is het niet ethisch om voedselverlies links te laten liggen. Het valt niet te verantwoorden dat wij voeding verspillen wanneer anderen er geen toegang toe hebben. Zeker nu dit aantal met de stijgende voedselprijzen blijft groeien. Al merken we graag op dat distributieplatformen, hoewel geen structurele oplossing voor mensen in armoede, wel terecht een financieel duwtje in de rug kregen.

Ongeveer een derde van de voeding die geproduceerd wordt voor menselijke consumptie gaat verloren. In totaal komen we voor de hele keten op een verlies van 907 000 ton voedsel in Vlaanderen. Alle tijd, energie, grondstoffen en kosten die nodig zijn om voedsel te produceren, vervoeren, koelen en/of bereiden gaan zo verloren. Vorige week lanceerde de Europese ngo Feedback nog een rapport dat stelt dat we in Europa méér voedsel verliezen dan dat we importeren.

Voedselverlies is geen onvermijdelijk bijproduct van onze maatschappij. Het is geen nice to have om het te reduceren, maar juist broodnodig als hefboom om de klimaat- en biodiversiteitsproblematiek aan te pakken en toe te werken naar een rechtvaardiger voedselsysteem.

Uiteraard is sensibilisering van de consument belangrijk, maar ondanks het sterke werk van overheidsmedewerkers, lijkt het stilaan kenmerkend voor het Vlaamse voedselbeleid dat aankondigingspolitiek belangrijker lijkt dan structurele inspanningen. Inspanningen die misschien minder zichtbaar zijn voor de burger, maar wel meer resultaat opleveren. Mogen we weldra structureel budget verwachten zodat we op de dag van de voedselverspilling in 2023 kunnen terugblikken op kordate acties waarvan we de impact via een degelijke monitoring netjes kunnen meten? Want 2025 is niet meer veraf.