Voer statiegeld in en zet in op hoogwaardige recyclage en hergebruik van verpakkingen

Olivier zet zich als Minister voor de Toekomst in voor een circulaire economie. Als oprichter van gereedschapsbibliotheek Tournevie staat hij met twee voeten in de praktijk van de deeleconomie. Op een meer theoretisch niveau is hij voortdurend bezig oplossingen te zoeken om onze grondstoffen optimaal te benutten. Hij doet dit voorstel omdat afval iets is waar iedereen graag van af wil.

Overal afval. Blikjes, flesjes, sigarettenpeuken, koffiebekers, ze liggen overal in onze straten, parken, weiden en zelfs bossen. Sensibiliseringscampagnes genoeg, en toch verandert er weinig. Sterker nog - het aantal voedselverpakkingen dat zomaar ligt rond te slingeren, is zelfs groter dan vroeger, nu meeneemgerechten en -drankjes zo populair zijn.  

Alsmaar minder herbruikbare verpakkingen

Een ander probleem is misschien minder zichtbaar, maar daarom niet minder schadelijk. Raar maar waar: sinds 2000 is een steeds kleiner deel van de huishoudelijke verpakkingen herbruikbaar, producenten schakelen steeds vaker over naar wegwerpverpakkingen. We gebruiken bijvoorbeeld 20 procent minder glas dan vijftien jaar geleden. En toch zijn de drie gewesten van ons land het eens: het hergebruik mag niet mag dalen.

De problematiek wordt nog een stuk ernstiger als je weet dat de hoeveelheid verpakkingen die bedrijven en wijzelf thuis gebruiken, blijft stijgen. Ook daar is het doel omgekeerd: Vlaanderen, Wallonië en Brussel willen de productie van verpakkingsafval net voorkomen en verminderen. 

Huidige recyclage volstaat niet

We kunnen al die verpakkingen tegenwoordig weliswaar meer recycleren, maar dat is niet genoeg. In de eerste plaats gaat hoe dan ook een pak materiaal verloren bij recyclage. Ten tweede is het gerecycleerde product meestal minder waard dan het eerste materiaal. Hoogwaardige recyclage van (drank)verpakkingen, zeker voor plastic, blijft heel zeldzaam.

Afval voorkomen, hergebruik aanmoedigen

De goede bedoelingen en een samenwerkingsakkoord tussen de gewesten zijn er al, laten we er dus in de eerste plaats voor zorgen dat die ook werkelijkheid worden. Extra maatregelen om afval te voorkomen en hergebruik aan te moedigen, zijn welkom. Dat vraagt ook de Europese Unie van ons. Onderzoek toont dat in 2000 al 55 procent van de verpakkingen herbruikbaar was. Tegen 2022 moet een doelstelling van 60 procent makkelijk haalbaar zijn, en laten we op minstens 80 procent mikken tegen 2050.  Bedrijven die verpakkingen produceren, vragen we om materialen te gebruiken die beter geschikt zijn voor hergebruik.

Hogere recyclagedoelstellingen

Wat toch niet hergebruikt kan worden, moet op zijn minst goed recycleerbaar zijn. Daarom leggen we de recyclagedoelstellingen hoger. De huidige doelstellingen in het Samenwerkingsakkoord Verpakkingsafval zijn niet nieuw, maar voor veel materialen zijn die nu al hetzelfde als de resultaten van vandaag. Meer ambitie mag wel: behalve hogere streefcijfers willen we ook een doelstelling voor glas, plastic, karton, metaal en elk ander materiaal. Het is ook belangrijk om juist te berekenen hoeveel van de verpakkingen precies gerecycleerd wordt. Die methode zit vandaag scheef, waardoor de cijfers veel rooskleuriger zijn dan de realiteit.

We zorgen er ook voor dat al die herbruikbare en recycleerbare verpakkingen vlot ingezameld worden. Statiegeld op plastic flesjes en blikjes is hier een handig middel voor: als een leeg blikje geld opbrengt, gooit niemand het nog zomaar weg. De producenten moeten hierbij helpen: zij maken de verpakkingen, het is hun verantwoordelijkheid dat die niet zomaar overal op straat en in afvalverbranders belanden. Tegelijk zorgt de overheid er van haar kant voor dat die bedrijven de juiste ondersteuning krijgen en dat juridische obstakels verdwijnen.

Statiegeld

Meer over Statiegeld