BBL's boekentips voor een beter eindejaar

Voel je het ook? Niet het korten van de dagen, die eerste sneeuw, niet de wind die door je handschoenen gaat. Nee, het is weer die tijd van het jaar dat onze huisrecensent Johan Van den Broek zijn eindejaarslijstje brengt.

23 boeken om het 23ste jaar van dit millennium in te lezen. Een lijst voor zij die houden van fleecedekentjes en chocomelk, voor de plukkers, de wandelaars, de fietsers, bakkers, de thuisblijvers, de systeemveranderaars. Een lijst voor zij die drie dagen voor het feest nog een cadeau moeten vinden.

Voor de eeuwige studenten

Het hemelboek, over weer, wolken en regenbogen - Sarah Devos

Herders en duivenmelkers turen voortdurend naar de hemel, een onbegrensd wolkenparadijs. Ze hebben jarenlang nauwlettend gelet op alle mogelijke oorzaken van weersveranderingen, informatie uitgewisseld en opgeslagen. Volleerd lezen ze de nabije toekomst en sturen voortdurend hun keuzes bij. Maar hoe doen ze dat? Sarah Devos ontfutselde hun geheimen en maakte een hemels boek.

‘Het hemelboek, over weer, wolken en regenbogen’ is een cursus. En toch is dit een uitstekend en aantrekkelijk boek. Het weer is een zeer frequente gespreksopener, en bepaalt elke dag mee wat we doen of niet doen. Het boek is een typisch “Sarah Devos product”. Sarah Devos liep cursus bij Volkssterrenwacht Urania. De vakmensen plozen haar teksten minutieus uit en staan garant voor de inhoudelijke correctheid. Ze schrijft en verzorgt de illustraties, en deelt zo haar verwondering met de lezer. Het boek is tot in de puntjes verzorgd en een bekoorlijk en intrigerend product.

Wat staat er nu allemaal in een cursus nefologie, ofwel wolkenkunde? Je leest over de atmosfeer, aanlandige en aflandige winden, luchtdruk, de straalstroom, de basiswolken (cirrocumulus, nimbostratus en nog acht andere), Saharazand, orkaan, regenboog, poollicht en thermiek. Devos sluit af met ‘klimaatalarm’. Frank Deboosere en zijn collega’s begrijpen wordt nu kinderspel. De taal is erg speels (“Wat keert er aan de keerkring?”). En in diverse kaderstukjes worden schijnbaar eenvoudige vragen beantwoord. Wat niet verschilt van andere cursussen is dat kennen en begrijpen een (stevige) inspanning vereisen. Die inspanning is alvast wederzijds.

Standaard Uitgeverij

Wiskunde - Ann Dooms

“Oedipus en Cleopatra zaten samen in bad. Plots riep Cleopatra uit: ‘Joepie! Ik heb het gevonden, 2 + 3 = 4’.” Complete non-sens. Maar hoe zit dat weer in elkaar? Waarom kan elke daklegger, met wat moeite, zo precies een dak leggen met enkel een meter? Pythagoras. Een schitterend boek voor pubers die het helikopterbeeld over wiskunde willen bijvijlen. Omdat ze wellicht liever filmpjes kijken, zal het makkelijk belanden bij vijftigplussers die in ’t geniep hun vervaagde kennis willen actualiseren.

Dooms is zonder twijfel bovengemiddeld intelligent, speelt met taal en wiskunde en heeft een ondeugend trekje. Wie durft nu een boek over wiskunde schrijven en ongegeneerd spreken over ‘absolute mindfuck’? Ze schrijft regelmatig korte stukjes in De Tijd en telkens toont ze aan dat alles in ons leven bepaald wordt door wiskunde, de koningin der wetenschappen. Ze legt bevattelijk geometrie uit, de relatie tussen taal en rekenen, vertelt honderduit over experimenten, de zwaartekracht, planeten, over tientallen wiskundigen zoals Fibonacci, Galilei, Gauss, Stevin en Turing. Voor de gepassioneerde reizigers legt ze zelfs de Hilbert-paradox uit. Of nog, in een hotel met een oneindig aantal kamers is er altijd een kamer vrij voor een nieuwe hotelgast. Hé? Lezen maar.

De combinatie van het helikopterbeeld, de bevattelijkheid van de verhalen en vooral de speelsheid van de taal maken het een schitterend boek. Wat te denken van titels als ‘pietje-precies’, ‘hangslot aan je digitale pakje, ‘te weinig tijd’ … Met de titel “wie lui is, moet slim zijn” verlaat ze met zwier het abstracte wiskundejargon. Om het in haar taal te vertellen: “Ze vertelt een verhaal van ‘ia’ tot ‘ai’”.

Borgerhoff & Lamberigts

Sporen & vondsten, avontuurlijke veldgids voor de hele familie - Sarah Devos

Sarah Devos is beslagen in natuur, schrijft als de beste, tekent graag en heeft een onuitputtelijke fantasie. Bovendien kan ze overal slapen, naar eigen zeggen. Ze maakte al diverse natuurgidsen. Ze is gepassioneerd door de verwondering die de natuur kan opwekken bij kinderen, en juist die magie wil ze vatten in haar boek. Haar fantasie en vaardigheden garanderen een puik resultaat.

Ze kiest resoluut voor een erg toegankelijk format, één pagina voor elk onderwerp. Voor elk onderwerp gebruikt ze drie tot tien lijnen tekst en een leuke tekening. Ze legt uit waarom een vossenhol en een dassenhol zo wezenlijk verschillen, hoe je een buizerd van een rode wouw onderscheidt, wat de verschillen zijn tussen het blad van een zomer- en een wintereik, hoe je een paardenkastanje onderscheidt van een tamme kastanje, en ga zo maar door. Juist haar fantasie maakt dit boek zo leuk. Ze vergelijkt het nest van een winterkoninkje met een kampeerbusje, tekent een vorkje naast de staart van diezelfde rode wouw, praat over wellness in de natuur maar ook over vlooienbakken en een dramaqueen. O ja, er is één vogel die haar steevast aan Tom Barman doet denken. Welke? Ren naar de boekhandel en je vindt het antwoord.

Standaard Uitgeverij

Fascinerend leven, een geschiedenis van de biologie - Johan Braeckman en Linda van Speybroeck (red.)

Harde kaft, niet goedkoop, 742 pagina’s, kleine druk en tot slot twee namen die spontaan met filosofie worden geassocieerd. Volgens de titel gaat het nochtans over biologie. Op dat ogenblik weet je al met zekerheid dat het boek veel meer biedt dan op een luie zaterdagochtend door een weekendkrant-bijlage kuieren. De inleiding alleen al telt 20 pagina’s, de bibliografie, de auteursinformatie en het register 80: tijd voor het échte werk.

Het boek verscheen een eerste keer in 2013, en kreeg na een lange incubatietijd een update en een verdieping. Het boek bevat 27 bijdragen van een twintigtal auteurs, bijna allemaal academisch specialisten. De bijdragen staan chronologisch, startend bij de oudheid en eindigend met de toekomst. De keuze voor de biologie als discipline was – voor de auteurs - voor de hand liggend: fysica was de wetenschap van de 20ste eeuw, biologie die van de 21ste eeuw.

Wat wist Aristoteles over biologie en waarom bleef hij tot in de middeleeuwen onaantastbaar? Wanneer werd de bloedsomloop ontdekt en welke effecten had dit? Wie ontdekte de fotosynthese en hoe? Wat was de rol van Jean-Baptiste Lamarck in de evolutiebiologie? Hoe legde Alexander von Humboldt de basis van de ecologie? Welke rol zal ons brein spelen in de toekomst? De vragen maken één zaak duidelijk, het gaat over veel meer dan louter biologische feiten, het gaat over de context, de gedachtegang, de (maatschappelijke) kijk op naakte feiten. De chronologie is een absolute meerwaarde. Elke bijdrage is een weloverwogen puzzelstukje in een geheel waarbij het denken van één of meer kernfiguren in een breder kader komt (bijvoorbeeld de vervlechting van biologie met religie, wetgeving en mythologie). Al die erudiete schrijvers (bv. Hans Mulder) laten meewerken, vraagt om een vooraf netjes uitgesponnen verhaal. Uitmuntend werk van de redactie.

Academia Press

Voor de systeemveranderaars

De winstparadox, waarom de macht van supersterbedrijven onze economie ondermijnt - Jan Eeckhout

"Zij zijn groot en ik is klein, en da's niet eerlijk, o nee" stamelde lang geleden het onthutste zwarte kuiken met een halve eischaal op het kopje. De TV-serie verdween inmiddels, wellicht te klein in de wereld van de grote spelers. ‘Eerlijk’ en ‘billijk’ zijn onbestaande begrippen in de economie. Jan Eeckhout praat niet over het ‘Calimerocomplex’, wel over de supersterbedrijven. Het enige motto in hun wereld is: ‘groot, groter, grootst’.

De winstparadox is eenvoudig. Snelle technologische veranderingen creëren een enorm potentieel voor economische en sociale vooruitgang. Innovatieve bedrijven verbeteren de efficiëntie en het comfort van de burgers. In zijn boek documenteert Eeckhout dat we ons in een moderne versie bevinden van Charlie Chaplins ‘Modern Times’. First movers ontwikkelen marktmacht en verstikken concurrenten. Resultaat: aan de ene zijde zijn er lage lonen, aan de andere zijde zijn er enorme winsten en hoge beurswaarden. Eeckhout legt zich toe op het ontrafelen van de mechanismen doorheen de tijd.

Jan Eeckhout is een Belg (Aalst) en is inmiddels verbonden aan de Princeton University. Hij wordt als ‘toonaangevend’ beschouwd. Hij schrijft in het Engels, voor ons is er een vertaling in het Nederlands (oef). Wat het boek zo mooi maakt, is dat hij alles illustreert met voorbeelden, zoals Uber, Amazon, The Stones, Messi, Maria Callas, Warren Buffet, Black Rock, Bill Gates, … Opmerkelijk, Jan legt het zo uit dat kassierster Deborah het begrijpt. Nog leuker is dat Jan heel consequent is in zijn voorbeelden. In de eerste pagina’s legt hij bijvoorbeeld een gsm-perikel gedetailleerd uit, in zijn deel over de oplossingen breit hij hier op verder. Vraag aan Eeckhout hoe laat het is, en hij geeft je niet enkel het tijdstip, hij vertelt je ook met Zwitserse precisie hoe zo’n uurwerk werkt en aan welke knopjes je kan draaien om het resultaat te beïnvloeden.

Lannoo

Voorbij de groei, het leven na het kapitalisme - Tim Jackson

In 2013 publiceerden vader en zoon Skidelsky ‘Hoeveel is genoeg?’. Meer dan tweeduizend jaar geleden gaf de Chinese filosoof Lao Tse al het antwoord: ‘Dat genoeg genoeg is, is genoeg om te weten’. Het is de zin waar Tim Jackson zijn boek mee afsluit – en samenvat.

Tim Jackson is niet aan zijn proefstuk toe. In 2010 publiceerde hij ‘’Welvaart zonder groei, economie voor een eindige planeet’, inmiddels uitgegroeid tot een klassieker. Hij is directeur van het Centre for the Understanding of Sustainable Prosperity en hoogleraar duurzame ontwikkeling (Universiteit Surrey, Verenigd Koninkrijk). Het kapitalisme moet op de schop, de ijzeren kooi van het consumentisme afgebroken, het bbp moet eindelijk (hij verwijst herhaaldelijk naar Robert Kennedy) vervangen, en er moet een nieuw maatschappelijke evaluatie en ordening komen. Hij pleit voor een systeemverandering. En juist daar laat hij kansen onbenut. Velen kijken net reikhalzend uit naar hoe zo’n samenleving er uit ziet, hoe ze georganiseerd is, met welke emotie mensen hier mee omgaan. De mondiale aanpak van de coronapandemie stemt Jackson hoopvol. Eens de bezorgdheid voldoende intens was, namen diverse overheden tal van beslissingen in een kort tijdsbestek.

Jackson plaats economie in zijn maatschappelijke context en wipt daarbij graag over historische, culturele en filosofische muurtjes (hij kijkt bv. graag naar het Boeddhisme). Hij wordt omschreven als een ‘ecologisch economist’, maar hij is vooral een bekommerd economist. Jackson citeert graag en is belezen (Arendt, Nietzsche, Thoreau, Rousseau, …). Hij houdt van kernachtige zinnen en biedt een boeiend narratief, haast als een speech. Daarom wordt hij door velen geadoreerd. Zijn toon is beladen (zinnen zoals ‘de duisternis kruipt over de horizon’) en houdt er van stereotiepen te doorprikken. Hij prikkelt opdat we de kansen gebruiken die zich aandienen. Wat te denken van zijn citaat van Shakespeare (1610): ‘Wat voorbij is, is proloog; wat nog komt, is aan jou en mij’.

Uitgeverij EPO

 

Waarom gele hesjes niet met een bakfiets rijden, over klimaatverandering, ongelijkheid en beleid - Wim Van Lancker & Adeline Otto

Wim van Lancker en Adeline otto zijn beiden verbonden aan het Centrum voor Sociologisch Onderzoek van de KU Leuven. De uitgave maakt deel uit van de ‘Klimaatessays’. Het boek telt 130 pagina’s, waarvan één vierde ‘eindnoten en bibliografie’. De auteurs maken enthousiast een maatschappelijke keuze en gebruiken hun academische kennis voor een uitgebreide wetenschappelijke onderbouwing.

De titel vertelt veel. Twee schijnbaar erg verschillende groepen staan in dezelfde straat. Aan de ene kant de klimaatenthousiastelingen, de hooggeschoolde, jongere generaties die progressieve en zogenaamd postmaterialistische waarden als milieu, diversiteit, mensenrechten en zelfbeschikking voorstaan. Aan de andere kant de gemiddelde oudere, lager geschoolde en minder verdienende: veiligheid, zekerheid en inkomen staan voorop. Gele hesjes als symbool van veiligheid, maar ook van revolte, boosheid en chaos.

Het boek is goed geschreven met tal van leuke titels (‘Een electorale sirenenzang’, ‘De meerwaarde van Plopsaland’), heeft een stevige onderbouwing en een uitgesproken standpunt. Ze kijken niet enkel naar de officiële klimaatrapporten maar ook naar Wallace-Wells, iemand die graag spijkers met koppen slaat. De sociale ongelijkheid wordt mooi uitgelegd en verklaard: het beleid speelt mensen uit elkaar. Verdeel en heers. Een ander beleid moet de ongelijkheid wegwerken en iedereen dezelfde kansen bieden. Zo omarmen ook Gele Hesjes de bakfiets.

De toon en de vorm geven het essay soms een drammerig en/of pamfletair karakter. Het is iets te veel op de Vlaamse markt georiënteerd. De auteurs poneren hun standpunt als enige juiste keuze, ookal is die maatschappelijke gezien het meest evident (rechtvaardig, billijk, respect). Ze brengen niets nieuws, wel brengen ze de info mooi samen en kijken over het muurtje. Leuk boek om je gedachten te ordenen en te laten zien dat groepen mensen schijnbaar verschillen. Beter luisteren helpt. Doen we dat niet graag met Kerst?

ASP

Voor de plaatjeskijkers

Wild van Europa, een fascinerende blik op de allermooiste plekken - Wouter Pattyn

Wouter Pattyn verbaasde in 2014 met zijn unieke luchtfoto’s van vele Vlaamse natuurgebieden. Zijn recente ‘Wild van Europa’ is geen relaas van een misnoegde voorzitter van de EU of een verslag van een droom van asielzoeker, nee, het is een kijkboek.

De subtitel legt de lat hoog. Wouter Pattyn reisde doorheen Europa en selecteerde twaalf gebieden verspreid over 10 landen. Voor hem is fotografie een hulpmiddel bij de straffe reisverhalen, voor de kijkende lezer is het net andersom. Zijn boodschap spoort samen met die van vele andere natuurfotografen, genieten van de schoonheid van Moeder natuur, in beeld gieten van emoties, met verwondering als belangrijkste. Wat al de natuurfotografen graag vertellen, is het proces van ‘making off’. Nat, kou, wachten en wachten tot zelfs Godot uit beeld verdwijnt, miserie, en vooral toeval en geluk.

Wouter passeerde in IJsland en zag het noorderlicht, waadde doorheen moerassen in la Brenne, genoot van nevelslierten, ontmoette een muskusos in het nationaal Park Dovrefjell. Het beeld van de Bruine beren (‘twee mollige belhamels’) in Finland is inderdaad fascinerend. Knappe foto’s en een beetje geluk.

Je kan Wouter nareizen. Bij elk gebied wordt beknopt reisinformatie vermeld, zoals bereikbaarheid, logeermogelijkheden en andere hotspots. Soms zelfs een GPS-code. Als je wil genieten van je reis probeer dan zo’n foto’s niet te evenaren. Onbegonnen werk.

Lannoo

New earth, a photographic journey of the Geldingadalir eruption - Jeroen Van Nieuwenhove

Snollend op de ouderlijke zolder vond hij als tienjarige knaap een analoog fototoestel en raakte onherroepelijke besmet: fotografie, vooral natuurfotografie, liet hem nooit meer los. Hij trok op pad, eerst met ouders, raakte gefascineerd door IJsland, migreerde, integreerde en zette zichzelf op de kaart. Dit boek zet de kijker én de lezer risicoloos op de eerste rij bij een recente vulkaanuitbarsting. Het lawaai en de hitte ontbreken.

Het fotograferen van een vulkaanuitbarsting stond bovenaan op zijn wenslijstje. 19 maart 2021 was het zo ver: een vulkaan met onuitspreekbare naam op een uur autorijden van de hoofdstad Reykjavik begon er aan. Jeroen aarzelde niet. Hoe beschrijf je foto’s van een vulkaanuitbarsting? Ergens valt de beschrijving “landschapsfotografie tijdens een grote outdoorparty”, maar dan weet je nog niets over de foto’s. Vuurfonteinen, uitgekotste brandende brokstukken, genstertapijten, brokkelige rode lijnen in een inktzwart glooiend landschap, en gevoelens als onbeheersbaar, onvoorspelbaar, overweldigend of immens.

Het boek is niet uitzonderlijk omwille van de grootte van de foto’s, de dikte van het boek of de kracht van dit natuurfenomeen, wel door het exclusieve karakter, de overweldigende sfeer en het mooi samen sporen van woord en beeld. Jeroen trok alleen op pad (ook in het duister met amper gsm-bereik en een onvoorspelbare kolkende massa om hem heen!), was dikwijls zo gefascineerd dat hij tijd, honger en kou vergat, droeg gelukkig stevige winterkleding om zich tegen de hitte te beschermen, schreef zijn eigen verhaal en publiceerde het zelf. Twijfel niet, mooie foto’s.

Bestellen kan op Jeroens website

De wereld is mijn atelier, kunstenaar op reis - Erik van Ommen

‘Mijn eeuwige zoektocht naar het juiste vervoermiddel om een gedachte of idee te verbeelden’ is de ultieme drijfveer van creatief duizendpoot Erik van Ommen. Bovendien is hij nieuwsgierig en verliefd op de natuur, vooral op vogels. Kortom, alles om een mooi boek te maken met tekst, foto’s, video’s en veel kunst.

Erik van Ommen is kunstenaar, maakt onder meer acryl- en olieverfschilderijen, aquarellen, etsen, lino- en houtsnedes. Reizen doet hij met zijn tweeën, en zijn reisgezel (Wilma) houdt regelmatig de pen vast. Intussen is hij bijna zeventig en kijkt achterom. Hij vertelt over zijn reizen, zowel in Afrika als in het nabije buiten- of thuisland. Inmiddels is hij helemaal zen. Enkele jaren geleden miste hij de vogels, de ruimte en de vrijheid. Hij besloot om er minimaal één dag per week op uit te trekken en vogels te tekenen. Het boek bevat tal van herinneringen aan dieren, aan beelden, aan situaties en heeft daarom een persoonlijke en oprechte toets. Het verhaal over de gids in de kano op de Zambezi die met getrokken revolver over de veiligheid van de toeristen waakt terwijl ze langs een kudde dreigende nijlpaarden varen, een boekenproject dat misliep (‘ik kon naar mijn centen fluiten’), een ets van een havik op basis van een revaliderende vogel en een es die pal voor zijn werkkamer stond, …

Leuk is dat hij ook video’s maakt. De video van Spitsbergen bijvoorbeeld laat aanvoelen dat niet alleen de BBC prachtige beelden kan maken. De video over een houtsnede illustreert dat het een authentiek ambacht is, dat niet alleen artistieke, maar ook technische vaardigheden vergt. Van Ommen is een man om jaloers op te zijn, en geen klein beetje.

KNNV Uitgeverij

Doorgelicht, het dierenrijk met röntgen blootgelegd - Bram Langeveld en Arie Van ’t Riet

Als je ‘wetenschappelijke natuurboeken’ zoekt, is het geen slecht idee even bij KNNV uitgeverij te kijken. Enkele maanden geleden verscheen alweer een indrukwekkende vogelgids. Het boek ‘Doorgelicht’ is een buitenbeentje. Opvallend zijn de merkwaardige foto’s, met zwart-wit (en grijs!) als hoofdtoon én met artificiële kleuren. Ze voelen vreemd aan, wekken een gekunstelde indruk en hebben een uitgesproken artistieke toon. Hoe zit dat?

Het zijn röntgenfoto’s van dieren. Arie van ’t Riet werkte als radioloog bij een ziekenhuis. Na zijn pensionering legde hij zich volledig toe op deze hobby. Elke foto vertrekt van een collage, een biorama. Dode dieren worden in een nauwkeurig uitgezochte omgeving geplaatst met uitverkoren planten, boomschors of ander plantaardig materiaal. De röntgenfoto wordt digitaal bewerkt en gekleurd, zodat bijvoorbeeld de bloem van een klaproos contrasteert tegen de achtergrond. Arie’s fijnzinnig waarnemingsvermogen prikkelde tot vele vragen over de dieren. Wat is dit voor een beentje? Waar dient dat uitsteeksel voor? Hij zocht en vond verklaringen en verhalen bij Bram Langeveld. Er volgde een succesvolle tentoonstelling. En nu dit boek.

De samenwerking met Bram Langeveld zorgt ervoor dat het boek een verhaal heeft en veel meer is dan een stapel ‘trucjes van de foor’. Het boek loopt van de ongewervelden via de vissen, amfibieën, reptielen en vogels naar de zoogdieren. De details maken het verschil: waarom zijn kikkers uitmuntende springers? Waarom waggelen eenden? En waarom zit er een botje in de penis van een steenmarter? De auteurs prikkelen de lezer met korte zinnetjes tot bewuster (her)kijken. ‘Doorzicht’ leidt tot inzicht, bij jong en oud. Een écht ‘plaatsjesboek met een verhaal’ zoals je er (wellicht) nog geen had.

KNNV Uitgeverij

De groene planeet, het verborgen leven van planten - Simon Barnes

Simon Barnes is dan wel de (hoofd)auteur, het boek is gemaakt naar de gelijknamige televisieserie van Sir David Attenborough en zijn team, ongeveer 500 mensen. In het boek wordt veelvuldig verwezen naar de documentaires van Attenborough en naar de bevindingen waarmee ze op bepaalde momenten het verschil maakten.

Wat maakt onze planeet zo aantrekkelijk? Lang werden “de dieren” naar voor geschoven. Recent onderzoek laat zien hoe cruciaal ook planten zijn: ze leveren zuurstof, energie en voedsel, spelen een rol in de watercyclus en leven op een tijdschaal die we niet kunnen vatten. Peter Wohlleben vroeg de laatste jaren vooral aandacht voor de relaties tussen planten en emotie, dit boek legt de nadruk op het functionele aspect.

Het verhaal start met de tropen, hét plantenparadijs, gevolgd door de woestijn, de jaargetijden, water en mens. Naast de tekst staan een groot aantal uitstekende beelden. Vooral de bewegende beelden (met links naar de documentaires) ogen spectaculair, zoals bv. de verspreiding van stuifmeel of een piraputanga. Verder maak je een uitgesponnen wereldreis en lees je wat een haboob is, leer je waarom olifanten in Zimbabwe de baobabs vernielen, ontmoet je sequoia’s in Californië en meet je marimo’s (mosballen) op de zeebodem. Het beeld van het poolvoswelpje in een IJslandse bloemenweide doet je smelten, terwijl het Hallerbos je even terug in België brengt. De tekst is vlot geschreven, in korte, heldere zinnen, nauwgezet geredigeerd. Een echt Attenborough-product: mooi, leerrijk en met een positieve boodschap. “De mensheid staat op een kruispunt. Als we naar de planten kijken, kunnen we moeiteloos de juiste keuze maken”.



Luitingh Sijthoff

Paradijsvogels in cultuur en natuur - Alexander Reeuwijk & Steven van Impe

De beelden zijn zo overweldigend dat het een poos duurt voor je beseft dat er ook teksten in het boek staan. Elk beeld is getekend met een onvoorstelbaar oog voor detail. De kleuren spatten van het papier. Je wordt er stil van. Het boek kan worden omschreven als een ‘historisch kunstboek’ met tekeningen van ongewone vogels zoals de geelkraagparadijsvogel, de wimpeldrager, de kroeskopparadijskraai. De Europese ontdekkingsreizigers bedachten de naam “paradijsvogels” omdat ze dachten dat de fascinerend gekleurde vogels geen poten hadden, zweefden zonder vleugels en zich laafden aan de dauw.

De uitgever, Sterck & Devreese, werkte samen met de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience. Het boek bevat een 70-tal pagina’s tekst met illustraties en 55 beelden. Elk beeld beslaat één pagina met een korte beschrijving en enkele technische kenmerken. De tekst lees je één keer, de beelden doen telkens je mond open vallen. Alexander van Reewijk schetst het natuurhistorisch onderzoek over de paradijsvogels. Waar leven ze? Wie bedacht de naam? Welke ontdekking was cruciaal? In welke periode werden ze ontdekt? Zijn de paradijsvogels één grote familie? Wat was de rol van DNA-onderzoek bij paradijsvogels? Alexander antwoordt. Steven Van Impe (curator van de bibliotheek) vertelt een verhaal over Victoriaanse vogelboeken. Hij start bij de houtsneden en de kopergravures, beschrijft de lithografie, wijst op de exclusiviteit van de publicaties (en dan beland je altijd bij vorsten en hun bibliotheken) en eindigt bij Richard Bowdler Sharpe. Die laatste was curator van de vogelcollectie van het British Museum. Hij breidde de collectie enorm uit en verzorgde diverse publicaties. Uit geldgebrek deed Sharpe beroep op zijn (10!) dochters voor de inkleuring van de beelden.

Sterck & De Vreese

Voor de thuisblijvers

365 dagen - Onze Natuur

‘Onze Natuur is een uniek multimediaal project dat via film, televisie, boeken, website, social media én deze jaarkalender wil laten zien dat Onze Natuur verbazend wild en verrassend dichtbij is’, prijst de uitgever zijn product aan. Is het een boek, een kalender of een almanak? Even onbelangrijk. Het is een flink product, meet ongeveer 15 cm bij 21 cm, met stevige kartonnen steun, wat zwaarder papier en grote ringen om de bladeren te draaien. Na een half jaar kan je aan de achterzijde starten, het daaropvolgende jaar kan je, als je zin hebt, gewoon herstarten, een eeuwige kalender dus. De omlegkalender verdient een plaats op elke ontbijttafel. Als je de nabije natuur in je huiskamer wil halen, helpt kijken om je heen.

Op elke pagina staat een datum, een foto en een tekst. De teksten zijn qua inhoud erg gevarieerd. De taal is laagdrempelig, ‘minutieus gepolijst’ en behoorlijk gelijkvormig (onder meer qua lengte) om voor velen aangenaam te zijn, een moeilijke klus. Je leest over de belevenissen van cameraman Pim Niesten (en hoe vervelend onvoorziene omstandigheden kunnen zijn!), over een wandeling in de Antwerpse ruien, een gedicht, het maken van een dier-o-strade, beleidsvoorstellen, een pootafdruk, een oproep voor vrijwilligers, promo voor obsidentify, positieve framing van zogenaamd ongedierte, je eigen gedrag in de natuur, en bovenal tal van weetjes, zoals het antivriesmiddel in de sneeuwvlo, de kurkentrekkerpenis van de eend, ‘Siamees vossen’, ... Elke dag wat nieuws uit Onze Natuur dus.

Lannoo

Bierfietsboek België - Patrick Cornillie & Kristien Hansebout

“It’s a religion”, althans volgens Sir Bradley Wiggings waarmee hij de zesdaagse in ’t Kuipke in Gent beschrijft, een mengelmoes van fietsen en uitbundig feesten waarbij het bier rijkelijk vloeit. Volgens de legende amuseerde een echte kampioen zich vroeger tijdens een zesdaagse met kaarten en bier; tussendoor fietste hij rondjes. Niet verwonderlijk dat de ultieme droom van veel Vlamingen ‘koersrijden met ne velo’ is, om na elke rondje één pint ad fundum drinken. Hopelijk liggen er dan geen kasseien op de marktplein. Met het boek ‘bierfietsboek België’ worden ‘fietsen’ en ‘bier’ mooi samengebracht in één boek. Bier drinken als noodzaak om gezond door het leven te gaan, net zoals eeuwen geleden.

De knooppuntenboeken van Lannoo hebben een vast stramien. Enkele foto’s en een beschrijving van de streek, een kaart met aanduiding van de knooppunten en een eventuele short cut, een routebeschrijving met enkele bezienswaardigheden, stopplaatsen, eet- en drinkgelegenheden, eventuele moeilijkheden en kilometeraanduidingen. Elk boek heeft een unieke code die je toegang biedt tot de meest actuele knooppuntennummers en eventuele trajectwijzigingen. Het zijn dertig fietsroutes, zeventien in Vlaanderen, dertien in Wallonië, mooi gespreid. Met het boek in je hand beland je onder meer in Watou, Wilderen, Gooik, Ellezelles en Sourbrodt en drink je Hommelbier, een Cuvée Clarisse, een kriekbier, een Hercule en een Peak Myrtille. Als je in de provincie Luxemburg wil ‘bierfietsen’ moet je zelf een route uitvlooien en je bier best meennemen. 

Lannoo

Hier begint de natuur - Caro Van Thuyne

Net zoals het project “onze natuur” laat Caro van Thuyne je genieten van de natuur in je nabijheid, met dit verschil dat ze resoluut kiest voor het woord. De pracht ligt om de hoek. Haar taalvirtuositeit herleidt elke recensent tot een kleuter die zijn eerste woorden stamelt. Caro van Thuyne is een gelauwerd auteur en schreef nu haar eerste non-fictie boek. Ze heeft een oneindige fantasie, gebruikt schitterende beelden en een schijnbaar onuitputtelijke woordenschat, hoewel je nooit een woord moet opzoeken.

Het boek heeft een eenvoudige opbouw. In het boek staan ook een tiental illustraties van Wiske Vandendriessche. De verhalen van één tot twee pagina’s werden gebundeld per seizoen, startend en eindigend met ‘De winter’. Je leest geen jaartal of exacte datum, het tijdstip van zonsopgang en – ondergang geven aan of het zomer- of wel wintertijd is, de vermelding van de maand is meer voor de sfeer.

Van Thuyne beschrijft wat ze ziet als ze even naar buiten kijkt, ergens buiten zit of wandelt. Vogels spelen een belangrijke rol. Stakerige appelaars, silhouetten als donkere puntmutsen, gillend giechelen van een doodaarsje, wilgen als bonkige landmannen, hun armen aan hun voeten, de zon aait nog even de achterkant van de bomen, het dode hart van een knotwilg is een auditorium van elfenbankjes, … In één van de mooiste stukjes beschrijft ze hoe ze op een bankje zit en naar kolibrievlinders kijkt en een intense zin krijgt om ze te aaien. ‘Maar we bleven roerloos zitten en deden niets anders dan kijken en luisteren en ons bevoorrecht voelen.’

Haar woorden en beelden zijn zo overweldigend dat het boek niet geschikt is om in één ruk uit te lezen. Bovendien, het zou ongepast zijn en getuigen van een mateloos gebrek aan respect voor de auteur en haar boodschap. Ze voegt een dimensie aan de non-fictie toe. Ze is onbevangen, neemt waar en beschrijft subtiel en subliem. Elke dag genieten van kleine dingen om ons heen.

Luster

 

12.000 jaar Bos t’Ename - Guido Tack, Pieter Blondé, Paul Van den Bremt, Martin Hermy, Nele Vanmaele

Een boek waar je niet naast kan kijken, of beter twee boeken, samen ongeveer 800 pagina’s. Voor de bijlage (bijna evenveel leesvoer) kan je op het internet terecht. Moed en intense volharding van de auteurs volstaan niet om dit klaar te spelen, ook passie en gedrevenheid. Het boek is van de hand van een team mensen die zich hun hele leven hebben toegelegd op landschap, bos, biodiversiteit en erfgoed, zowel privé als professioneel, met Guido Tack als motor. Alleen al de subtitel ‘een hoopvol perspectief’ prikkelt tot lezen. Al snel vallen begrippen als ‘titanenwerk’, ‘huzarenstuk’, ‘levenswerk’.

Het bos t’ Ename ligt in een heuvelrijk gebied, de Vlaamse Ardennen. Of het bos ’t Ename het grootste, meest unieke, oudste of meest biodiverse bos in Vlaanderen is, is niet relevant voor het boek. Het boek is in elk geval uniek, het bos exemplarisch. Je leert over tal van belangrijke historische landschappelijke ontwikkelingen getoetst aan dat ene bos, en vice versa. Met honderden foto’s, gigantisch veel kaarten en tekeningen.

Wat het meest respect afdwingt is noch het volume, noch de gigantische stapel gegevens, noch de stapel publicaties die de weg plaveiden naar het boek, noch het netwerk aan mensen, maar hoe alles zo mooi op zijn plaats valt. De persoonlijke toets, het boek is letterlijk een levensverhaal, is verweven met de inhoud. Zonder twijfel één van de beste boeken over landschap/bos die in Vlaanderen op de markt zijn. Een must voor liefhebbers en vakspecialisten. 

Sterk & De Vreese

Voor de hongerigen

Wildplukken, 92 eetbare planten en vruchten eenvoudig herkennen - Eva-Maria Dreyer

‘Wildplukken’ is erg actueel. In sommige restaurants worden gerechten opgesmukt met wilde bloemen. Wat eerst alleen maar verleidelijk oogt, blijkt later niet alleen lekker maar ook smaakversterkend te zijn. Iets voor een gedreven doe-het-zelver? Kies, koop of leen een natuurgids en ga op pad. Dit is  een makkelijk bruikbare gids. De planten worden ingedeeld naar kleur: wit, geel, rood, blauw, groen en bruin. Van elke soort vind je een foto, de toepassing en de praktische info: groeihoogte, bloeiperiode, habitat, verzamelen en smaak. De gids is iets groter dan de meeste gsm’s.

De gids maakt deel uit van de reeks ‘Basis natuurgidsen’. In dezelfde reeks vind je gidsen over insecten, bomen, tuinvogels, paddenstoelen, bloemen, vogels, sterrenkunde en diersporen. Een handig en goedkoop kleinood voor een eerste kennismaking.

Kosmos Uitgevers

De buitenkeuken, verhalen, wijn en recepten rond vuur - Charlotte Marres en Olle Swerts

Een origineel boek dat moeilijk in één trefwoord kan worden gevat. Het is zonder twijfel een (zeer) mooi boek, met schitterende foto’s over voedsel, of beter, verleidelijke foto’s van bijvoorbeeld een aanlokkelijke picknickmand, een boomstam met een geopende wijnfles, een glas wijn en enkele kruiden, een groep mensen keuvelend in een voedsellandschap, een houtvuur met een gigantische stapel verse groenten en kruiden, schapen in de heide, ... Sfeer mét inhoud dus.

Het boek draait om de passie voor eten en drinken én de aandacht voor de mens achter het voedsel, de voedselproducent of -verzamelaar. De auteurs willen mensen samenbrengen en hun verhalen beluisteren in een aangename omgeving. ‘Kook samen, vier het leven’ is hun levensmotto. Ze bezoeken twaalf voedselproducenten, waarvan twee in Vlaanderen: Le Monde des Mille Couleurs in Ieper (die noemen zichzelf ‘Wild Farmers’) en de aspergehoeve Lavrijsen in Herk-de-Stad. Ze besteden aandacht aan graan, aardappel en lam, maar zoeken ook naar eetbare paddenstoelen, oesters en kreeft. Niet voor vegetariërs dus! Ze laten de voedselproducenten aan het woord en koken samen. Elkaar beluisteren, tijd delen aan het vuur en intussen genieten. Naast voedsel komt er steevast wijn op tafel, meestal uit Italië. De auteurs runnen ook een wijnwinkel en bijna alle wijnen komen daar ook uit.

De auteurs zijn niet de enige Nederlanders met een mercantiel trekje. De beelden van smeulende houtblokken met kringelende rookpluimpjes, een klassiek 4X4 voertuig om de zware buitenkeuken te verslepen, vlees en geïmporteerde wijn kunnen in 2022 uiteenlopende emoties oproepen. Maar ze passen naadloos bij de boodschap: diepmenselijke verhalen aan het vuur met gepassioneerde voedselproducenten. Een mooi boek over ‘samen, verhalen en goesting’.

Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar

Van boven in het wild - Yvette van Boven

‘Uitgebreid tafelen gevolgd door een wandeling’ is een Vlaamse klassieker, maar Van Boven vindt het maar niets. Eerst wandelen, nauwgezet rondkijken, bewust plukken en verzamelen, thuis grondig selecteren en indien nodig drogen. Daarna pas koken en tafelen. Nog beter: vooruitziend vooraf op pad gaan.

Het boek bestaat uit twee delen: een herbarium en recepten. De natuur biedt ons een rijkelijk gevulde schotel, we kunnen (selectief!) plukken en consumeren. Van Boven bespreekt het volledige proces. Ze legt uit waarom het haar fascineert, hoe je op pad gaat en welke planten je plukt. In het herbariumdeel bespreekt ze een vijftigtal planten. Elke plant krijgt links een paginagrote foto van enkele gedroogde exemplaren, en rechts een kleine foto en veel informatie: de naam (Nederlands, Latijn, Engels), de eigenschappen, de vindplaats, het gebruik, de smaak en enkele gerechten. In deel 2 vind je de recepten.

Net zoals in kookboeken is er veel aandacht besteed aan de foto’s. De gedroogde planten roepen een aparte sfeer op, voor velen een herinnering aan het herbarium-ploeterwerk in de middelbare school. Je vindt ook recepten voor pizza, ketchup en mayonaise, wereldvreemd is Van Boven dus echt niet.

Het herbarium is wetenschappelijke getoetst. Opvallend is de emotionele toets in de tekst, soms op een ongedwongen, nonchalante tot laconieke toon, met woorden of zinnen die in Vlaanderen weinig gebruikt worden: saus kan ‘gaaf’ zijn, of ‘raus niet meteen …’. Soms gaat ze nog wat verder: “als u dat nog niet wist, vraag ik u om …”, of de droge mededeling dat de zon op gaat in het oosten. Te Nederlands voor de Vlaamse markt? Zou jammer zijn, want we wisten al dat de zon opgaat in het oosten.



Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar

Oude granen nieuw brood - Noor Bas, Ineke Berentschot, Dion Heerkens, Theo Jennissen

‘Geef ons heden ons dagelijks brood’ zit in ons collectief geheugen, bij sommigen inmiddels wat verder weg. Over frieten heeft ‘ons Heer’ in de rituele dagelijkse broodbabbel nooit gesproken. Nu goed, over quinoa en muesli ook niet. In ons voedselpatroon neemt brood een belangrijke tot dominante plaats in, in onze taal en straatbeeld ook.

‘Goed brood heeft smaak’ stelt Beesham Soogrim, kok, bakker in Zweden en inspirator van goed brood. Hij betoogt dat goed brood gemaakt wordt van biologisch geteelde granen, liefst van oude omdat die beter in balans zijn. Het eerste deel van het boek blikt terug en staat stil bij vandaag. Het verhaal start bij de Vruchtbare Halvemaan, de selectie van grassen en granen, het sedentaire leven, een stukje geschiedenis in Nederland, even langslopen bij een molenaar, om dan te belanden bij nieuw brood, de vraag of het al of niet gezonder is, bio en niet-bio, enz.

Deel 2 beschrijft de praktijk, recepten dus, een zestigtal. In het boek staan flink wat foto’s van trotse bakkers en verleidelijke broden. Fier op hun passie. Allemaal werken ze op een heel eigen manier. De meesten wonen in Nederland. Je leest over eenkoornbrood van Gerard & Sus, de broers Krajenbrink die emmer en spelt gebruiken voor hun brood ‘de gebroeders’, brood met lupinemeel, … Je leest behoorlijk wat bakkersjargon zoals bijvoorbeeld voorrijs, narijs, bolrijs, rijskast, rijsmandjes en inschietapparaat. Een boek om van te smullen, elke dag opnieuw.

Uitgeverij EPO

Voor de verhalenvertellers

De wesp, de geheimen van een onmisbaar insect - Seirian Sumner

Heb je ooit al met Aristoteles, Aris voor de vrienden, op het hoogste punt van Athene, gedineerd met geitenbokjesbout en fassolatha en gekeuveld over Darwin en Mendel, Google Earth en Street View? Twijfel niet: dit diner is een breed uitgesponnen fictief overleg over de wesp tussen Aristoteles, de eerste bioloog die over bijen publiceerde, en de auteur van het boek. Want zoals de Amerikaanse bioloog Margaret Warner Morley zei: “de wesp is een filosoof”.

Wespen zijn genadeloze roofdieren, moordenaars, gevleugeld schorem. Seirian Sumner neemt het als ware wespenadvocaat voor de wel honderduizenden soorten op. Na drie lijnen ben je al zeker, Seirian Sumner schrijft zalig. Ze is topentomoloog, insectenspecialist dus, en gedragsecoloog verbonden aan het University College in Londen. Ze schotelt de lezer fantastische zinnen voor als: “Het geneert me dat ik niet beschik over de empirische overtuigingskracht die de aristotelische retorici van me verwachten. Na meer dan 2400 jaar hadden we meer moeten weten”.

Als je vlot wil lezen, is kennis van biologische begrippen een voordeel. Ze spreekt over endoparasitoÏdisme, metapleuraal, onbewust antromorfisme. Vergis je niet, het leest als een meeslepende roman maar het is wetenschap. Bijna ongemerkt lepelt ze stapels info in.

Ze vertelt over de rol van de wesp in het ecosysteem (‘een doolhof van heimelijke orde’), hoe ze in groep leven en welke rollen ze hebben (‘rebellie, politieke spelletjes, monarchieën’), hoe ze informatie doorgeven, wat hun belang is, … Volgens haar is de mens onvoorstelbaar oneerlijk door het bejegen van de bij en het haten van de wesp. “In wespen zitten schatten verborgen die relevant zijn voor onze eigen cultuur, ons overleven, onze gezondheid en ons geluk.” Passie, geestig, leerrijk, belezen, uitstekend geschreven, en creatief.

Geerdt Magiels, erudiete recensent voor wetenschappelijke boeken, en Hans van Dijck, de vlinderprof, hebben meer dan gelijk in hun lof.

Nieuw Amsterdam



 

Ooit waren er wolven - Charlotte McConaghy

‘Internationaal gerenommeerd auteur’, ‘bestseller’ en ‘wolven’, meer was niet nodig om het boek van nabij te bekijken. Kiezen tussen de vakjes ‘fictie’ en ‘non-fictie’ is niet eenvoudig: ze zijn hier door elkaar geweven, maar toch meest ‘fictie’. Een uitzettingsprogramma voor wolven in de Schotse hooglanden is decor en onderwerp tegelijk. De inspiratie kwam uit het Yellowstone Park. Onderzoek daar leerde immers dat er sleutelsoorten zijn: soorten die het ecologische netwerk structureel beïnvloeden. Wolven creëren onrust bij grote grazers, boomopslag krijgt daardoor meer kans en de rest volgt. Het wolvenproject is één hoofdlijn in het boek, gepresenteerd als een conflict tussen nieuw en oud, tussen ver (een Australisch project) en nabij (een klein dorp), tussen groot- en kleinschalig. Uiteraard zijn in een roman conflicten uitgesponnen, genuanceerd en grijs. De meeste locals, schapenboeren, zijn erg afkerig van vernieuwing, landschapsverandering, vreemden, natuurbehoud, maar niet allemaal.

De tweede hoofdlijn gaat over man-vrouw relaties, waarbij vrouwen zowel psychisch als fysiek onderdrukt worden. Het vrouwelijke hoofdpersonage belichaamt diverse conflicten: een vader en moeder die ver uit elkaar wonen, erg uiteenlopend qua werk en gedachten. Hij is gedreven milieubeschermer, regelmatig erg rechtlijnig, en verdwijnt zomaar uit haar leven. Zij verkiest haar tweelingzus boven iedereen, en lijdt aan spiegelpijn. In een écht leuke scène sluit die vrouwelijke hoofdfiguur, de wolvenuitzetster, zich aan bij het lokale breiclubje. Een oudere dame ontfermt zich eerst over haar onbeholpen breiwerk. Wat later begint ze enthousiast te praten over natuurbehoud, en uit haar steun aan het project. De wolf doorbreekt een culturele scheidslijn. Kortom: vlot geschreven, verweving van fictie en non-fictie, en er blijven gelukkig enkele punten onopgehelderd.

Uitgeverij Prometheus

BBL's boekentips