Belangrijke test voor Vlaams verbrandingsbeleid

De laatste weken viel er slecht en goed nieuws te rapen aan het afvalverbrandingsfront. Het slechte nieuws is dat Bionerga van de Limburgse bestendige deputatie een milieuvergunning heeft gekregen voor haar zogenaamde biostoomcentrale, en dit voor de volledige capaciteit. De deputatie baseerde zich hiervoor op een positief advies van de OVAM. 

Diezelfde OVAM zorgt tegelijk ook voor het goede nieuws. In het vergunningsdossier van Dalkia in Knokke, de kleinste restafvalverbrandingsinstallatie in Vlaanderen, adviseerde de afvalstoffenadministratie namelijk negatief over de hele lijn. Het is nu uitkijken wat de West-Vlaamse deputatie zal beslissen. Volgt ze het advies van de OVAM niet, dan geeft ze de finale doodsteek aan het huidige afvalverbrandingsbeleid. Het Vlaamse niveau tracht namelijk de totale capaciteit in te perken, maar de finale beslissing over vergunningsdossiers ligt wel bij de provincies.

Bionerga Beringen: gemiste kans

Eind augustus verleende de Limburgse bestendige deputatie aan Bionerga een milieuvergunning voor de bouw van een “biostoomcentrale” - een mooie naam voor een ordinaire verbrandingsoven - in Beringen met een capaciteit van 200 000 ton. Bond Beter Leefmilieu had bezwaar ingediend tegen deze milieuvergunning, met als belangrijkste argument dat de aangevraagde capaciteit te hoog lag gezien het structurele overschot aan verbrandingscapaciteit in Vlaanderen. Een teveel aan verbrandingscapaciteit zet de recyclagesector onder druk. De deputatie legde onze bezwaren naast zich neer, vooral omdat OVAM een positief advies had uitgebracht over de gevraagde capaciteit. 
Hoewel diezelfde OVAM eerder berekende dat Vlaanderen momenteel een structureel overschot op de verbrandingscapaciteit heeft van 140 000 ton, gaven ze toch groen licht aan Bionerga. Dat dit de enige oven in Limburg is, en dat Bionerga werk wil maken van warmterecuperatie door samen te werken met een chemisch bedrijf heeft wellicht meegespeeld in de beslissing. Hoewel we er begrip voor kunnen opbrengen, vinden we het toch een gemiste kans om een deel van de overcapaciteit weg te werken. Dit had gekund door een vergunning voor 100 000 ton toe te kennen.

Dalkia Knokke: rijp voor het museum

In Knokke staat de kleinste restafvalverbrandingsinstallatie van Vlaanderen. Met een capaciteit van nauwelijks 37 500 ton per jaar, een rookgasreiniging die niet aangepast is aan de huidige normen en zo goed als geen energierecuperatie, is deze installatie rijp voor de sloop. En toch vraagt uitbater Dalkia een nieuwe milieuvergunningsaanvraag aan, zelfs zonder voorstellen tot noemenswaardige verbeteringen aan de installatie. Op zich al redenen genoeg dus voor de West-Vlaamse bestendige deputatie om de milieuvergunning te weigeren. 
Maar er is nog een extra argument: in Brugge, op enkele tientallen kilometers van Dalkia in Knokke, bevindt zich de restafvalverbrandingsoven van IVBO. Deze oven kampt met een structurele overcapaciteit, en zou dus zonder probleem het afval kunnen verwerken dat nu in Knokke wordt verbrandt. Op die manier wordt een - zij het bescheiden - deel van de Vlaamse overcapaciteit weggewerkt. Dit zou bovendien een positieve impact hebben op milieu en klimaat, omdat de oven in Brugge wél over een degelijke rookgasreiniging beschikt, en een aanzienlijk deel van de energie recupereert.

De lakmoesproef voor het Vlaamse verbrandingsbeleid

BBL is blij te vernemen dat de OVAM een negatief advies heeft uitgebracht over het Dalkia-dossier, met als voornaamste motivatie dat er meer dan voldoende capaciteit is in Vlaanderen voor verbranding van restafval. Het is nu aan de bestendige deputatie om een beslissing over dit dossier te nemen. Als ze het advies van de OVAM volgt en de vergunning weigert, dan wint het Vlaamse verbrandingsbeleid aan geloofwaardigheid. Dit beleid streeft ernaar om overcapaciteit te vermijden, maar is afhankelijk van de provincies om dit beleid te implementeren, aangezien zij beslissen over individuele vergunningsdossiers. Een beslissing van de deputatie die in zou gaan tegen het advies van de OVAM, maakt volgens BBL meer dan ooit duidelijk dat het sturen van de capaciteit in de huidige omstandigheden onmogelijk is. In dat geval moet Vlaanderen dringend werk maken van een verbrandingsbeleid dat het mogelijk maakt om de beheersing en afbouw van restafvalverbranding op Vlaams niveau te sturen.

Afvalbeleid