België bungelt aan de Europese staart voor klimaat en energiedoelstellingen

In 2012 namen de broeikasgasemissies van de EU-28 opnieuw met 1% af, waarmee de uitstoot ten opzichte van 1990 met 18% vermindert. Volgens het EEA zullen de emissies met voortzetting van het huidige beleid in 2020 met 21% dalen en als het gepland beleid wordt doorgevoerd loopt dit zelfs op tot 24% in vergelijking met 1990. Dit brengt de EU- emissies in de buurt van de ondergrens die de klimaatwetenschap naar voren schuift voor geïndustrialiseerde landen: -25 tot -40% in 2020. Maar de emissiereductiedoelstelling uit het klimaat- en energiepakket van 2009 (-20%) is duidelijk voorbijgestreefd. De opstap naar een EU -30% doelstelling voor 2020, zoals de verschillende overheden in ons land vragen, is dan ook meer dan wenselijk én haalbaar. 

Beter Emissiehandelssysteem

Een doelstelling van -30% zal ook helpen de problemen in het Europees Emissiehandelssysteem (ETS) te verhelpen. Het uitstootplafond in de ETS is te hoog ingesteld in vergelijking met de werkelijke emissies van de industrie en elektriciteitsproductie. Daardoor is het overschot op het einde van de tweede handelsperiode in 2012 opgelopen tot 1,8 miljard emissierechten. Dat overschot drukt de prijs en neemt zo niet alleen de stimulus voor reducties weg, maar maakt ook emissiereducties die door ander beleid worden bereikt ongedaan, doordat de overschotten verhandelbaar zijn en overdraagbaar naar volgende handelsperiodes. 

België koopt emissierechten aan

Ook voor de Kyoto-doelstellingen in de periode 2008-2012 brengt het EEA-rapport goed nieuws: 
alle landen zullen de Kyoto-doelstellingen halen. Sommige landen, zoals België, moeten het teveel aan emissies in de niet-industriële sectoren (niet-ETS) weliswaar compenseren met de aankoop van de emissierechten. De emissies in diezelfde niet-ETS sectoren gebouwen, transport en landbouw zullen in België ook de komende jaren onvoldoende dalen om onze nationale doelstelling van -15% in 2020 te halen. 

Derde laatste plaats

Het EEA gaat ervan uit dat de Belgische emissies met het huidig beleid in 2020 slechts 4% lager zullen zijn dan in 2005, in plaats van de beoogde 15%. We stevenen dus af op een reductiekloof van 11 procentpunten. In de hele EU doen enkel Luxemburg en Ierland het nog slechter als het gaat om klimaatbeleid dat onder de bevoegdheid valt van nationale of regionale overheden. 

België leert niet bij

Onze overheden lijken die reductiekloof vooralsnog niet aan te grijpen om het klimaatbeleid drastisch bij te sturen. Integendeel, de Vlaamse overheid heeft alvast een aanbesteding lopen om de reductiekloof voor de hele periode 2013-2020 te dichten met de aankoop van emissierechten. Hoewel het Europese beleidskader een dergelijke “flexibele” benadering toelaat, verandert dit niets aan de vaststelling dat het emissietraject voor de Vlaamse en Belgische niet-ETS sectoren steeds meer uit de pas loopt met de aanbevelingen vanuit de klimaatwetenschap, het Europese kader en dat van de meeste andere EU-lidstaten. Ongetwijfeld leidt dit komende decennia tot problemen en kosten.

Hernieuwbare energie

De Europese lidstaten zitten ook op koers om de hernieuwbare energie doelstelling van 20% in 2020 te halen. Opnieuw behoort België bij een klein groepje van zes landen dat niet op koers zit: met een hernieuwbaar aandeel van 4,1% halen we geenszins onze tussentijdse doelstelling van 4,8%.

Energie-efficiëntie

Op het vlak van energie-efficiëntie, zit ons land in de middenmoot. Het EEA stelt vast dat België wel vooruitgang maakte op het vlak van energiebesparing, maar dat bijkomende maatregelen nodig zullen zijn om het energieverbruik verder terug te dringen.

Klimaatbeleid