België verspilde vorig jaar 1,7 miljard aan fossiele brandstoffen

In België verspilden we vorig jaar ongeveer 1,7 miljard aan accijnsvrijstellingen en subsidies voor fossiele brandstoffen. Het overgrote deel (1,5 miljard) gaat naar de accijnsvrijstelling op het gebruik van fossiele brandstoffen door de energie-intensieve industrie. In ruil voor een toetreding tot een energieconvenant met een aantal engagementen op het vlak van energiebesparing, krijgen deze bedrijven goedkopere energie. Staan de kosten voor de staat wel in verhouding tot de twijfelachtige energiebesparingen van de industrie?

Het toekennen van taksvrijstellingen en subsidies voor fossiele brandstoffen is volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) een verspilling van kostbare middelen. Volgens het IEA betaalden we vorig jaar wereldwijd 409 miljard dollar subsidies aan fossiele brandstoffen. Als er niets verandert aan het huidige beleid, kan dit bedrag tegen 2020 oplopen tot maar liefst 660 miljard dollar of 0,7 procent van het wereldwijde bruto binnenlands product. Deze cijfers staan in schril contrast met de subsidies voor hernieuwbare energie. In 2009 ging slechts 59 miljard dollar naar hernieuwbare energie, een bedrag dat zou kunnen stijgen tot 110 miljard dollar in 2015.

De hoge subsidies voor fossiele brandstoffen ondermijnen het klimaatbeleid, aldus het IEA. Het IEA roept dan ook op om een einde te maken aan deze subsidies en vraagt om de overheidsuitgaven te heroriënteren naar maatregelen die helpen om onze CO2-uitstoot te beperken. Volgens het hoofd van het IEA, Fatih Birol, zorgt het kunstmatig goedkoop houden van energie voor een verspilling van brandstoffen.

In 2009 engageerden de regeringsleiders van de G20 zich al om de inefficiënte subsidies voor fossiele brandstoffen uit te faseren, de G20 riep toen ook andere landen op om dit te doen. Het is uitkijken naar een beleid dat dit engagement ook echt waar maakt.

Als onze nieuwe regering nog op zoek is naar bijkomende middelen om haar beleid te vergroenen, dan weet ze alvast wat haar te doen staat.