Bezint eer ge begint: Onconventionele gasontginning in Limburg

In Het Belang van Limburg schets Geert Decock, beleidsmedeweker Food & Water Europe, hoe Limburg er zou uitzien indien er mijngas gewonnen wordt.

Begin april beslist de Vlaamse regering over de aanvraag van een opsporingsvergunning door de Limburgse Reconversie Maatschappij (LRM) en het Australische bedrijf Dart Energy. Die twee bedrijven willen in het gebied rond Houthalen-Helchteren naar steenkoolgas speuren. Het hoeft niet te verbazen dat de onconventionele fossiele industrie ook in België haar kamp wil opslaan, nadat andere Europese landen reeds aan de beurt waren. Wat wel verbaast is dat dit project van LRM en Dart Energy weinig belangstelling van beleidsmakers en de media wegdraagt.

De discussie over de ontginning van onconventionele gasbronnen – zoals steenkool- en schaliegas – schoot bij onze Europese buren pijlsnel naar de top van de politieke agenda. Die ongerustheid hoeft niet de verbazen, want onconventionele gasontginning is een grootschalige en risicovolle industriële activiteit. In de Verenigde Staten werden tijdens het voorbije decennium tienduizenden onconventionele boorputten geboord. De VS haalt nu 1/3 van haar aardgas uit schaliegas en in mindere mate steenkoolgas.

Maar deze onconventionele revolutie heeft ook een schaduwzijde. De negatieve impact op mens en milieu van deze onconventionele ontwikkelingen heeft voor heel wat controverse gezorgd aan de andere kant van de Atlantische oceaan: Moeilijkheden om het vervuilde water dat uit de boorputten komt te behandelen, verhoogde methaanconcentraties in ondergrondse watervoorraden in de nabijheid van boorputten, slechte luchtkwaliteit in gebieden met veel onconventionele olie- en gasactiviteiten en bijgevolg een negatieve impact op de gezondheid van omwonenden, enorm beslag op open ruimte als gevolg van de vele boorputten, enz.

Veel van de schaduwzijden gaan eveneens op voor steenkoolgas. De Vlaamse regering moet in de eerste plaats beseffen dat kleinschalige steenkoolgasontginning niet bestaat. Schalie- en steenkoolgasontginning leidt op termijn tot honderden, zoniet duizenden, boorputten. Bijvoorbeeld, er waren 26.000 boorputten nodig in het Powder River Basin in Wyoming om ongeveer 133 miljard kubieke meter aardgas te produceren. Als we dezelfde verhouding boorputten/productie aannemen om de door LRM en Dart Energy vooropgestelde hoeveelheid van 7,7 miljard kubieke meter aardgas te produceren in Limburg, geeft dit ongeveer 1400 boorputten. Op termijn spreken we m.a.w. over  een duizendtal boorputten in de buurt van Houthalen-Hechteren, of een honderdtal boorsites van waaruit horizontale boringen plaatsvinden. Tel daar nog kilometers pijplijnen en ettelijke compressorstations bij. Omwille van die intensiteit van de onconventionele gasindustrie is steenkoolgas vooral ontwikkeld in gebieden met een zeer lage bevolkingsdichtheid, zoals Wyoming en New Mexico in de VS (6 inwoners/km2) en Queensland in Australië (2.6 inwoners/km2). In Houthalen-Helchteren wonen er  383 mensen per km2 … het is dan ook meer dan een retorische vraag of er überhaupt plaats is.

De gasindustrie zal dergelijke bezwaren wegwuiven met economische argumenten. De business case voor steenkoolgas in Limburg is echter bedenkelijk. Stel dat LRM en Dart Energy inderdaad 7.7 miljard kubieke meter uit de Kempische steenkoollagen halen, wat is de impact op de Belgische bevoorradingszekerheid? Een druppel op een hete plaat, want België consumeert jaarlijks meer dan 17 miljard kubieke meter. En de werkgelegenheid in het noodlijdende Limburg? Gasontginning is een van de meest kapitaalintensieve industrieën. Bovendien zijn Ford Genk werknemers geen petroleumingenieurs, die over een paar jaar een boorsite bemannen. En de impact op onze gasprijzen? Absoluut nihil. De ontginning van onconventioneel gas in ons land– met geen ervaring in onshore olie- en gasontginning - zal heel duur zijn. Een paar miljard kubieke meter uit Limburg zal bijgevolg de Belgische gasprijzen niet verlagen. De vraag stelt zich bovendien wat een duizendtal boorputten de komende jaren zal doen met de Limburgse merknaam als groene provincie, die wandelaars, fietsers en ruiters verwelkomt. Grootschalige onconventionele gasontginning is niet per definitie een netto aanwinst, maar kan ook tot verliezen leiden in reeds gevestigde sterkhouders van de Limburgse economie.

Zonder een diepgaand debat over de impact van grootschalige ontginning is de kans groot dat de Vlaamse regering een exploratievergunning aflevert aan LRM en Dart Energy en andere bedrijven, die in hun voetsporen volgen. Andere EU lidstaten zoals Tsjechië, Roemenië, Nederland, Ierland, Litouwen hebben exploratielicenties afhankelijk gemaakt van een aanpassing van de milieuwetgeving aan de nieuwe realiteit van onconventionele gasontginning. Ook de Europese Commissie bekijkt de komende maanden welke maatregelen genomen moeten worden. Minister Schauvlieghe lijkt alvast niet van plan de resultaten van die Europese studieronde af te wachten. Een voormalig CD&V kopstuk indachtig, lijken de problemen opgelost te zullen worden als ze zich stellen. Spijtig, want Limburg heeft nood aan een discussie, waarbij alle feiten op tafel liggen. Het is nooit te laat om daaraan te beginnen.

Desinvestering uit fossiele energie