In 90% van de gevallen wordt een vergunning om een boom te kappen afgeleverd.

Bomen vragen betere bescherming

In 90% van de gevallen wordt een vergunning om een boom te kappen afgeleverd.

Iedereen is overtuigd van het nut van bomen. Ze zuiveren de lucht, zorgen voor aangename woonbuurten, vogels maken er hun nest in, kinderen klimmen er in. Toch kunnen bomen heel makkelijk worden gekapt, zelfs zonder vergunning. En wanneer die wel nodig is, wordt die in meer dan 90% van de gevallen afgeleverd. Gemeenten die een strenger beleid willen voeren, mogen dat niet meer. Hoe kunnen we onze bomen beter beschermen?

Minder vrijstellingen, meer bomen

Eerst de wetgeving: om een volwassen boom te kappen, is in principe een kapvergunning nodig. Maar die vergunning geldt enkel wanneer de stamomtrek van een boom groter is dan 1 meter op een hoogte van 1 meter. Dat zijn al serieus forse bomen. Kleinere bomen mogen zonder vergunning gekapt worden. Maar ook bomen met een stamomtrek van 1 meter kunnen zonder vergunning gerooid worden, als ze op minder dan 15 meter van een woning staan, voor het aanleggen van nutsleidingen of wegen of bij acuut gevaar. Veel bomen zijn dus vogelvrij. Nog los van de vele illegale kappingen, zonder eerst een vergunning aan te vragen.

Bos+ onderzocht samen met Advocaten Leuven in opdracht van het Departement Omgeving hoe het gesteld is met de bescherming van bomen in Vlaanderen. Daarvoor werden duizenden kapvergunningen gescreend, gemeentelijke ambtenaren bevraagd en case studies uitgevoerd. Het gaat voor alle duidelijkheid over bomen buiten bossen, want daarvoor geldt het bosdecreet. In dit onderzoek gaat het over bomen in tuinen, straatbomen, boomgaarden, dreven, ...

Uit het onderzoek blijkt dat een kapvergunning zelden geweigerd wordt. In 95% van de gevallen wordt een vergunning om een boom te kappen afgeleverd. Ondanks die hoge cijfers is een vergunning wel degelijk nuttig. Aan de meeste vergunningen is namelijk de voorwaarde gekoppeld dat een heraanplanting moet worden uitgevoerd. Al is het compenseren van een volwassen boom door een jonge aanplant niet echt een compensatie.

Gemeenten willen strenger zijn, maar mogen niet

Uit de bevraging blijkt dat ongeveer één op drie gemeenten ervoor kiest de Vlaamse regelgeving te verstrengen om meer bomen te bewaren op hun grondgebied. De meest voorkomende verstrengingen zijn het verkleinen van de stamomtrek (bv. al een vergunning nodig vanaf een stamomtrek van 50 cm) en het verkleinen van de afstand van 15 meter rond een een woning. Andere gemeenten werken eerder met strengere vergunningsvoorwaarden en leggen bv. op dat heraanplanting moet gebeuren met grote plantmaten, die meer kosten. Ze willen zo het kappen van bomen ontraden.

Tot 2009 kon een gemeente een strikter kapbeleid voorzien in haar stedenbouwkundige verordening. Die mogelijkheid werd de afgelopen jaren al sterk ingeperkt, maar nu wil minister Demir een strikter vergunningenbeleid door gemeenten helemaal afschaffen. Die vraag komt vooral van de bouwsector, die vindt dat er nu te veel verschillende gemeentelijke reglementen zijn. Daar is nog veel discussie over, ook politiek, want dit raakt immers aan de gemeentelijke autonomie. Vanuit BBL pleiten we er alvast voor dat de mogelijkheid om op gemeentelijk niveau strenger op te treden, opnieuw volledig ingevoerd wordt. Al is een duidelijke verstrenging van de Vlaamse basisregels natuurlijk ook een optie, dan hoeven gemeenten niet meer strenger te zijn.

Meer aanplanten aub

Het onderzoek gaat ook dieper in op heraanplantingen die worden opgelegd in een kapvergunning. Gemeenten worstelen vooral met een tijds- en personeelstekort om na te gaan of de nieuwe aanplantingen ook effectief worden uitgevoerd. Al lossen gemeenten dat op door een waarborg aan de aanplanting te koppelen, die pas vrijgegeven wordt na staving met foto’s of na een terreinbezoek.

Daarnaast maken gemeenten zich zorgen over de nieuwe afstandsregels voor het aanplanten van bomen op het openbaar domein. Die afstandsregels voor straatbomen kwamen er in 2019 na een aanpassing van het Burgerlijk Wetboek, nog onder de vorige federale regering. Met die aanpassing worden de regels van het Veldwetboek, die gelden tussen buren, ook van toepassing op het openbaar domein. Daardoor moeten straatbomen geplant worden op 2 meter van de perceelsgrens. Bovendien kunnen naburen van een straatboom, na een ingebrekestelling, het recht krijgen om zelf overhangende takken te snoeien of doorgroeiende wortels door te snijden. Op dit punt is er hopelijk een oplossing in de maak. Vooruit diende in het federaal parlement een wetsvoorstel in om die afstandsregels opnieuw af te schaffen. Hopelijk raakt dat wetsvoorstel snel goedgekeurd.

BOS+