De pas ingevoerde energienormen voor woningen zijn opvallend lakser dan die in de buurlanden. Dat blijkt uit een nog ongepubliceerde studie van het WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf) die werd voorgesteld op de vijfde editie van het Energiebesparingsforum van 2 oktober 2008. Een nieuwbouw woning die aan de Vlaamse normen voldoet, zou in Nederland, Frankrijk en Duitsland worden afgekeurd. “We houden onze achterstand in stand,” stelt Bond Beter Leefmilieu. “Het woningenpark in Vlaanderen behoort tot de slechtst geïsoleerde van de hele EU. Dat dreigt zo te blijven.”
In Vlaanderen is op 1 januari 2006 de vroegere isolatieregelgeving vervangen door de energieprestatieregelgeving. Alle woningen waarvoor een aanvraag om te bouwen of verbouwen nodig is, moeten een bepaald niveau van thermische isolatie, energieprestatie (isolatie, energiezuinige verwarmingsinstallatie, ventilatie, ...) en een gezond binnenklimaat behalen. Dit is vertaald in een “energieprestatiepeil”, de E-waarde, en die moet voor nieuwe huizen op E100 liggen.
Nu blijkt volgens berekeningen van WTCB dat een huis dat aan de Vlaamse E100-norm voldoet, in andere landen bijzonder zwak scoort. In Nederland behaalt de Vlaamse E100-woning een E-peil van E136, in Duitsland E125, en in Frankrijk E122. Hoe hoger het E-peil, hoe slechter de energieprestaties van de woning.
Toch één lichtpuntje: de controle van de naleving van de normen blijkt in Vlaanderen iets nauwkeuriger te zijn dan in de buurlanden. Dat is uiteraard belangrijk. De effectiviteit van wetgeving staat of valt met de controles op de uitvoering ervan.