Hoogspanningslijnen vragen vroegtijdige inspraak

Geen transitie zonder extra windenergie, geen windenergie zonder nieuwe hoogspanningslijnen en geen nieuwe lijnen zonder steun van de burger. Daarom brengt BBL 25 aanbevelingen om de mensen die in de buurt wonen van zulke projecten, op een betere manier te betrekken bij de planning en bouw ervan.

Wakkere burgers

Degelijke en vroege inspraak bij de aanleg van nieuwe hoogspanningslijnen is een must. Op het Europese colloquium BESTGRID stelde BBL zijn rapport voor om de bevolking op een betere manier te betrekken bij de noodzakelijke aanpassingen om nieuwe windenergie op het elektriciteitsnet aan te sluiten.

Testcase: Stevin

Voor zijn 25 aanbevelingen baseert BBL zich op de procedure van het Stevin-project. Die nieuwe hoogspanningslijn tussen Zeebrugge en Zomergem, is nodig om de windmolenparken in de Noordzee aan te kunnen sluiten op het elektriciteitsnetwerk. Voor dit onderzoek organiseerde BBL workshops met burgers en milieu- en natuurverenigingen, lokale besturen en Vlaamse ambtenaren die betrokken waren in de procedure. Daarnaast namen we tien diepte-interviews af van belangrijke stakeholders.

Uit het onderzoek van BBL blijkt dat er vooral in de voorbereidende fase weinig aandacht is voor betrokkenheid voor burgers en verenigingen. Burgers en lokale actiecomités krijgen voor de eerste keer een inspraakmogelijkheid bij het openbaar onderzoek voor het milieueffectenrapport (MER). Omdat er dan al voorstellen voor tracés op tafel liggen, krijgen de betrokken buurtbewoners het gevoel dat ‘alles al beslist is’. Ook als daarna uitgebreid, onafhankelijk onderzoek volgt naar de voor- en nadelen van verschillende tracés, blijft het idee sterk leven dat ze voor voldongen feiten gesteld worden.

Door belanghebbenden al te betrekken voor de eerste procedure van het MER start, worden hun bekommernissen al op voorhand ingecalculeerd, kan open gediscussieerd worden over nut en noodzaak van het project en krijgen alle partijen inzicht in de belangen van anderen en in in de planning en uitvoering van het project. Dit werd bij het Stevin-project succesvol toegepast via een informele administratieve begeleidingsgroep, waarin Vlaamse administraties zoals de Dienst MER, de Afdeling Ruimtelijke Planning of het Agentschap Natuur en Bos betrokken werden. Deze ambtelijke begeleidingsgroep had een grote meerwaarde voor het Stevin-project. Door in een vroeg stadium de mogelijke tracé-alternatieven voor het milieu-onderzoek al af te toetsen, werden ze bijgestuurd tot de meest optimale tracés voor mens en milieu.  

Wakkere burgers

Naar voorbeeld van deze ambtelijke werkgroep, lijkt het zeer zinvol om iets soortgelijks te doen voor steden en gemeenten, het lokale verenigingsleven, geïnteresseerde burgers en het middenveld. Een vaak terugkerende vrees tegen vroegtijdige participatie is dat hiermee slapende honden worden wakker gemaakt en het NIMBY-syndroom juist in de hand wordt gewerkt. Dat klopt niet. In de eerste plaats omdat het bij grote projecten in de publieke ruimte niet om slapende honden, maar wel om wakkere burgers gaat. De reacties zullen zonder participatie óók komen, maar op een moment dat het moeilijk wordt om er nog rekening mee te kunnen houden. Door lokale actoren en middenveldgroepen vroeger te betrekken, kunnen zij bondgenoten worden in plaats van tegenstanders. Het opmaken van een MER vraagt daarom niet enkel om een technische discussie maar ook om een ruim maatschappelijk debat.

25 aanbevelingen

Daarnaast is het belangrijk voor het maatschappelijk debat dat de degene die de participatie begeleidt, neutraal is. Deze procesbegeleider staat best los van de partijpolitiek en is ook best iemand anders dan de projectleider zelf. Andere aanbevelingen van het rapport: de noodzaak van een volwaardig debat over het nut van een project, een transparante besluitvorming, duidelijke antwoorden op bezwaren, het vertalen van technische documenten naar begrijpelijke informatie, onafhankelijk onderzoek naar milieueffecten en een eerlijke verdeling van lusten en lasten.

BESTGRID

BESTGRID is een samenwerkingsplatform van milieuverenigingen en netbeheerders over heel Europa. In België gaat het om Elia, Bond Beter Leefmilieu en Inter-Environnement Wallonie. Het belangrijkste doel van BESTGRID is om het maatschappelijk draagvlak voor de verdere uitbouw van het Europese elektriciteitsnetwerk te vergroten. Door best practices rond participatie en transparante besluitvorming toe te passen, wil BESTGRID zoeken naar mogelijkheden om burgers, verenigingen of gemeentebesturen vroeger en intensiever te betrekken om zo tot een beter besluitvormingsproces te komen. Het BESTGRID-project wordt gefinancierd door het Intelligent Energy for Europe Program van de Europese Commissie.

> Het BESTGRID-project