Indaver: een oven te veel

De Oost-Vlaamse bestendige deputatie heeft afvalverwerkingsbedrijf Indaver groen  licht gegeven voor de bouw van een nieuwe afvalverbrandingsoven met een capaciteit van 200.000 ton perjaar in Beveren. De deputatie ging dus niet in op het fundamentele bezwaar van BBL en OVAM, die erop wezen dat het afval dat Indaver wenst te verbranden in de nieuwe installatie,  niet bestaat. Er is namelijk vandaag reeds voldoende afvalverbrandingscapaciteit in Vlaanderen voor het Vlaamse afval, net als in de buurlanden trouwens. De Bestendige Deputatie koppelde haar vergunning wel aan een aantal stringente randvoorwaarden op vlak van energierendement, NOx-uitstoot en mobiliteitsimpact van de nieuwe installatie.

Fundamenteel is echter dat deze beslissing zal leiden tot een ernstige overcapaciteit aan afvalverbranding in Vlaanderen. Met het voorspelbare gevolg dat  recycleerbaar afval eerder goedkoop verbrand dan gerecycleerd zal worden. De beleidsnota van Minister Schauvliege stelt dat het realiseren van een kringloopeconomie als basis dient voor de groene economie. Het besluit van de bestendige deputatie staat hier haaks op. Minister Schauvliege heeft reeds aangegeven dat zij pas zou optreden indien er beroep tegen de beslissing van de deputatie wordt aangetekend. Dan is het immers aan haar om na te gaan of de aanvraag van Indaver conform het beleid is. De minister kan dit doen aan de hand van de actualisering van het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen. Een mogelijkheid die ze trouwens zelf in het Vlaams parlement reeds aanhaalde. Wordt ongetwijfeld vervolgd.