Kantoordelen: een pak voordelen

Kantoordelen: wat kunnen overheden doen?

Kantoordelen: een pak voordelen

BBL en VRP lanceren het ‘Inspiratieboek kantoordelen: cohousing voor bedrijven en verenigingen’. Zeker nu we sinds corona meer thuiswerken, blijft veel ruimte op kantoor onbenut. Die ruimte kan gedeeld worden met anderen, waardoor minder nieuwe kantoorgebouwen nodig zijn en de klimaatimpact daalt. Want door ruimte te delen in een kantoorgebouw, wordt tegelijk ook de energie gedeeld die nodig is om dat kantoorgebouw te verwarmen of apparatuur te laten draaien. Wat kunnen overheden doen om deze nieuwe trend richting coworking te versnellen?

Overheid mee aan zet

Het delen van ruimte op de werkvloer is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van de bedrijven, organisaties of administraties die kantoren gebruiken als werkplaats. Maar ook de overheden, zowel Vlaams als lokaal, kunnen hun steentje bijdragen om het delen van ruimte in een professionele omgeving te stimuleren.

Maak kantoren onderdeel van de bouwstop

Met het beleidsplan Ruimte Vlaanderen streeft de Vlaamse overheid naar een bouwshift: bestaande gebouwen slimmer en intensiever gebruiken, om zo het bouwen in open ruimte af te remmen en stop te zetten. De uiteindelijke doelstelling van het beleid is om om het bijkomend ruimtebeslag volledig stop te zetten tegen 2040. Daarvoor wordt in de eerste plaats gekeken naar woningbouw, omdat die sector het grootste ruimtebeslag kent. Maar in Vlaanderen is ook de dienstensector sterk uitgebouwd en die zal de volgende jaren nog verder groeien. Kantoren vormen dan ook de werkomgeving van honderdduizenden personen en ze vertegenwoordigen een belangrijk deel van het gebouwenpark. Toch komt de kantorenmarkt amper ter sprake in het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. Nochtans is het delen van kantoorruimte een prima illustratie van de bouwshift.

Zet in op aanpasbare gebouwen

Internet heeft de manier waarop we werken voorgoed veranderd. Als je overal online kan werken, is een vast kantoor minder nodig. Er is steeds meer vraag naar flexplekken of coworkingplekken dicht bij huis. Ondanks die constante evoluties worden gebouwontwerpen en stedenbouwkundige plannen veelal uitgedacht voor bestemmingen die als ‘definitief’ worden aanzien. Dat is ook zo voor de kantorenmarkt.
Een functieloos, circulair gebouw kan makkelijk evolueren naar een andere functie of zich aanpassen aan nieuwe gebruikers, zonder dat daar ingrijpende sloopwerken voor nodig zijn. Dit moet zich doorvertalen in het hele ontwerpproces, vanaf de eerste stedenbouwkundige schetsen tot en met de technische detaillering van demonteerbare bouwelementen.

Zet in op onderzoek

Er zijn heel weinig officiële onderzoeken beschikbaar over het kantorenlandschap in België. Zo zijn er geen officiële cijfers te vinden over de omvang, de benutting en de spreiding van de kantorenmarkt. Alle cijfers zijn schattingen van bedrijven die op de kantorenmarkt actief zijn en die uiteraard zelf betrokken partij zijn. Het laatste ruimtelijk onderzoek van de Vlaamse overheid over de kantorenmarkt is  bijna 20 jaar oud. Extra onderzoek door de Vlaamse of lokale overheden kan zorgen voor een goede kennisbasis over de kantorenmarkt, kan beter inzicht geven in de onderbenutting van ruimte op de werkvloer en kan bijdragen aan het delen van ruimte op kantoor. Te meer omdat de kantorenmarkt de sector bij uitstek is waar de doelstellingen van de bouwshift op kunnen toegepast worden.

Match vraag en aanbod

Als je als bedrijf, organisatie of administratie beslist hebt om je kantoor te delen, moet je natuurlijk nog een partner vinden om dat mee te doen. Dat is vandaag niet zo makkelijk. Een deelplatform ‘ruimte delen’ kan daarvoor een oplossing zijn, om zo vraag en aanbod met elkaar te matchen. De stad Leuven geeft alvast het goede voorbeeld. In het klimaatplan van de stad Leuven is voorzien om tegen 2022 een operationeel deelplatform uit te bouwen voor tijdelijk en medegebruik van gebouwen. Op dat platform zullen de potentieel beschikbare gebouwen en ruimten aangeboden worden aan mensen en organisaties die ruimte zoeken.
Gedeelde ruimte, ook bij de eigen administraties.

Als overheid kan je tot slot het goede voorbeeld geven. Ook in veel gemeentehuizen en lokale administratieve centra is er zonder twijfel veel werkruimte op overschot. Voor gemeenten die de bouw van een nieuw administratief centrum plannen, en zo zijn er heel wat, zou het delen van werkruimte standaard ingebouwd moeten worden. Die ruimte kan gedeeld worden met lokale verenigingen, kleine bedrijven of startende ondernemers. Of je kan binnen de administratie een coworkingzone voorzien, waar studenten gratis kunnen blokken of derden werkruimte kunnen huren. Dat is bijvoorbeeld wat Aquafin doet op haar Aquafin Campus in Aartselaar.