Klimaatconferentie Warschau: springplank of struikelblok voor globaal klimaatakkoord?

De komende twee weken vindt in Warschau de 19de  klimaatconferentie van de Verenigde Naties plaats. Het Poolse voorzitterschap wil voor een doorbraak zorgen in de klimaatfinanciering voor kwetsbare landen. Tegelijk moet ze alles in gereedheid brengen om in 2014 tot een globaal klimaatakkoord te komen. In aanloop naar de klimaatonderhandelingen is een ware strijd aan de gang over het gewenste economisch ontwikkelingsmodel. Federaal minister Wathelet schaart zich alvast met twaalf andere energieministers achter de groene economie.

Klimaatakkoord

In 2011, tijdens de 17de klimaatconferentie in Durban, spraken de landen af dat er tegen 2015 een globaal, bindend klimaatakkoord zou onderhandeld worden dat vanaf 2020 ingaat. Men kwam ook overeen dat de ambities op het vlak van emissiereducties vóór 2020 in lijn moeten komen met de doelstelling van het klimaatverdrag: gevaarlijke klimaatverandering  voorkomen. Voor beide onderhandelingssporen is het komende jaar cruciaal. Veel hangt af van de mate waarin het Poolse voorzitterschap door een goede planning en werkwijze de verstandhouding tussen de landen kan verbeteren.

De EU dringt er in de conclusies van de raad van milieuministers op aan dat elk land in 2014 vergelijkbare emissiereductiedoelstellingen op tafel legt. Daarbij is er nood aan openheid over de criteria, zoals nationaal inkomen of reductiepotentieel, die tot die doelstellingen leiden. Zo blijft er in 2014 en 2015 de ruimte en tijd over om de doelstellingen te vergelijken, na te gaan of ze volstaan om de klimaatverandering te beperken tot minder dan 2 graden en ze zo nodig via onderhandelingen aan te scherpen.

Klimaatfinanciering

Om het vertrouwen te versterken is het noodzakelijk dat Warschau ook duidelijkheid brengt over de klimaatfinanciering. Die financiering zit in het slop: er moet dringend een groeipad komen om de beloofde 100 miljard dollar per jaar voor ontwikkelingslanden in 2020 te verzekeren. Tegelijk moet er geld op tafel gelegd worden voor de periode 2013-2015.

Interne Europese tegenstellingen

Polen positioneert zich in aanloop naar de klimaattop op een opvallende manier. Het land verbergt niet dat het sterk afhankelijk is van vervuilende steenkool en dat het weinig perspectief ziet in de transitie naar een koolstofarme economie. Het verdedigt assertief een ‘klassiek’ ontwikkelingsmodel van industrialisatie op basis van fossiele brandstoffen. Zo organiseert het parallel met de klimaatonderhandelingen een bijeenkomst over elektriciteitsproductie uit steenkool.  Het laat het de onderhandelingen sponseren door ondernemingen zoals BMW dat recent Europese regelgeving rond de vervuiling van wagens tegenhield. 

Net zoals vorig jaar, toen er een oplossing gezocht moeten worden rond hete lucht, zullen ook nu interne Europese tegenstellingen op de klimaatonderhandelingen drukken. Geconfronteerd met die situatie verenigden dertien meer ‘progressieve’ energieministers zich in een coalitie voor de groene economie. Ze pleiten voor een ambitieus Europees klimaat- en energiepakket voor 2030, een hervorming van de Europese emissiehandel en sterke EU -emissiereductiecijfers bij een speciale bijeenkomst van VN-secretaris Ban Ki Moon in september 2014. Net zoals de voorstanders van de fossiele economie argumenteren de ministers dat de groene economie de beste weg is naar economische ontwikkeling en welvaart. Federaal minister Wathelet heeft zich aangesloten bij deze groene coalitie. Ons land verdedigde in de voorbereidende vergaderingen in de Europese milieuraad ook relatief progressieve standpunten. 

Klimaatbeleid