Lauw debat over klimaatplan in Vlaams parlement

Op 16 april stelden de adviesraden Mina, SERV en SALV hun gezamenlijk advies over het klimaatplan 2013-2020 voor tijdens een hoorzitting in de commissie leefmilieu van het Vlaams parlement. De raden beklemtonen dat het plan nood heeft aan bijkomende interne maatregelen en een sluitende financiering. Een goed debat over de aanbevelingen kwam niet op gang. De bevoegde minister Schauvliege wou nog niet reageren op de aanbevelingen en de meeste commissieleden meden het debat. Over enkele weken zou er een nieuwe hoorzitting plaatsvinden met alle vakministers.

De adviesraden zijn het meest kritisch voor het mitigatieluik uit het klimaatplan. Dat luik moet de uitstoot van broeikasgassen terugdringen. Ze constateren dat het plan slechts maatregelen bevat om de emissies in de gebouwen, mobiliteit, landbouw en industrie met 5,4% terug te brengen in 2020 in vergelijking met 2005.

Zo een reductie is onvoldoende en er is dringend nood aan bijkomende interne reductiemaatregelen of een intensifiëring van de bestaande maatregelen. Bovendien is de financiering van het klimaatbeleid niet sluitend. In de eerste plaats moet geld gezocht worden voor de bijkomende reductiemaatregelen. Maar ook andere bestedingsbronnen voor het klimaatfonds zoals klimaatfinanciering, de aankoop van emissierechten of de compensatie van indirecte emissiekosten kijken tegen een financieringstekort aan.

In een eerste antwoord beklemtoonde minister Schauvliege dat ze de adviezen nog op regeringsniveau moet bekijken. Het is dus te vroeg voor een reactie op de aanbevelingen. Parlementslid Hermes Sanctorum (Groen) stelde vast dat het lang wachten is op een sluitend plan. Volgens hem wijst het advies er op dat het huidige plan niet volstaat. Andere parlementsleden zoals Robrecht Bothuyne (CD&V) beklemtoonden het belang van kostenefficiëntie en de nood om zicht te krijgen op hoe maatregelen op die parameter presteren. Commissievoorzitter Martens (SP-a) wees op de gevolgen van de lage CO2-prijs voor de financiering van het klimaatfonds.

Over enkele weken zou er een nieuwe hoorzitting komen om het debat ten gronde te voeren met de ministers die verantwoordelijk zijn voor de sectoren gebouwen (Vandenbossche), mobiliteit (Crevits) en landbouw (Peeters). Voor BBL moet het daarbij in de eerste plaats gaan over het ambitieniveau van het klimaatplan. Wil deze Vlaamse regering het meest urgente milieuprobleem aanpakken met een beleid dat zich slechts richt op 5% minder uitstoot in 2020? Dat terwijl de EU -15% vraagt  en de klimaatwetenschap -21% vooropstelt.

 

Klimaatbeleid