Milieudelicten onvoldoende aangepakt

Volgens een nieuw rapport van het Comité P treedt de politie te laks op tegen milieudelicten. Eén van de hoofdredenen daarvoor is het gebrek aan samenwerking tussen de verschillende politie- en inspectiediensten. Zo sijpelt de kennis die aanwezig is bij de federale Cel Leefmilieu, die zich vooral concentreert op de zware georganiseerde feiten, te weinig door tot bij de lokale politie. Wanneer een lokale agent een probleem vaststelt, hangt het meestal van zijn eigen inschatting af of hij contact opneemt met de federale politie. Dat komt volgens het Comité P doordat de lokale en federale politie te weinig op dezelfde golflengte zitten.Van een systematische samenwerking is zeker geen sprake.

Bovendien is er ook te weinig samenwerking met de verschillende Vlaamse inspectiediensten, zoals de milieu-inspectie, gemeentelijke milieuambtenaren, OVAM, VMM... Verder vragen milieudelicten te veel papierwerk en is de individuele politieman zeker niet altijd een specialist ter zake. Het gevolg van die versnippering is dat niet doeltreffend opgetreden wordt tegen sluikstorten, illegale lozingen of het kappen van bomen zonder vergunning.

Dit is een belangrijk rapport voor de aangekondigde evaluatie van het milieuhandhavingsdecreet. Die evaluatie zal dit voorjaar worden uitgevoerd door de Hoge Raad voor de Milieuhandhaving. Bond Beter Leefmilieu zal haar standpunten inbrengen via een advies van de MINA-raad.