Protest tegen uitbreiding vossenjacht blijft nuttig

Tijdens een onderhoud met de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege, overhandigde Vogelbescherming Vlaanderen een petitie met meer dan 15.000 handtekeningen tegen de uitbreiding van de jacht op de vos. Een deel ervan – 10.000 – had ze al op 18 januari 2011 ontvangen maar daarmee heeft ze nooit iets gedaan. Sinds de principiële beslissing van de Vlaamse Regering op 13 januari 2012 zijn er nog meer dan 5.000 handtekeningen bij gekomen.

Zowel vóór als na de manifestatie werden verschillende ministers van de regering aangeklampt: Ingrid Lieten, Freya Van den Bossche en Pascal Smet van sp.a, Geert Bourgeois van N-VA en Hilde Crevits van CD&V. Ze hadden allemaal oor naar de verzuchtingen van de manifestanten maar riepen het advies van de Minaraad als excuus in. Hoe zit dat met dit advies?

Het advies van de Minaraad dateert al van 3 februari 2011. Daarin wordt letterlijk gesteld dat eerst het begrip 'schade' moet gedefinieerd worden én dat men duidelijk moet maken wat er concreet verstaan wordt onder een 'andere bevredigende oplossing'. Vogelbescherming Vlaanderen stelt vast dat geen van beide elementen in het principieel goedgekeurde ontwerpbesluit vervat zitten. De Minaraad heeft ook de nodige vragen gesteld bij de regel van 500 meter rond percelen waar schade kan worden aangericht en toch zit die nog altijd in het ontwerpbesluit. De Minaraad heeft ook opgemerkt dat bijzondere bejaging met behulp van kastvallen met lokaas wettelijk niet kan wegens in strijd met artikel 19 van het Jachtdecreet van 24 juli 1991, dit zit toch vervat in het besluit. De Minaraad heeft ten slotte gewezen op de mogelijkheden die in de huidige wetgeving zitten voor bijzonder bejaging, dit in antwoord op de piste die in de versie van het besluit waar de raad op adviseerde werd gebruikt, namelijk een 'nieuw' instrument in uitvoering van een aangepast artikel 33 van het Jachtdecreet. Conclusie: de Vlaamse Regering heeft geoordeeld dat ze van bijzondere bejaging gebruik moet maken, maar kan zich voor dat oordeel in moeilijk beroepen op het advies van de Minaraad.