Terug meer bedrijfsafval

Vlaanderen produceerde in 2010 terug ongeveer evenveel bedrijfsafval als in 2007 en 2008, de periode net voor de economische crisis, liet De Tijd ons op kerstavond weten. Deze cijfers zijn gebaseerd op de betaalde heffingen van stortplaatsen en afvalovens in Vlaanderen en zijn dus nog niet de geconsolideerde afvalgegevens van bedrijven zelf.

Terug naar af? Niet helemaal omdat er zich wel een positieve verschuiving heeft voorgedaan in de verwerking van het afval. Zo gaat er nu meer brandbaar bedrijfsafval naar de verbrandingoven in plaatst van naar het stort. Het volume gestort niet-brandbaar bedrijfsafval blijft echter wel stabiel.

De verschuiving van minder storten naar meer verbranden is al een stap in de goede richting. Toch blijft het uiteindelijke doel het sluiten van materiaalkringlopen en het bekijken van afval als nieuwe grondstof.  Dit betekent dus dat de gezamenlijke hoeveelheid gestort en verbrand afval zou moeten afnemen. De huidige lichte stijging van de totale hoeveelheid bedrijfsafval is dus een signaal dat er nog veel werk aan de winkel is.

De vaststelling dat de totale bedrijfsafvalproductie terug op het niveau van voor de crisis staat, is correct en voor “oude economen” waarschijnlijk een opluchting dat de economie terug hersteld is. “Nieuwe economen” die de groene economie als visie hebben zullen dan weer ontgoocheld zijn dat de grondstoffenefficiëntie van onze economie in absolute termen niet verbeterd is. De data laten ons niet toe te achterhalen of er eventueel een relatieve verbetering is van de efficiëntie waarmee het bedrijfsleven met materialen omspringt.

Hopelijk zullen de materialenbeheerstatistieken (“afvalstatistieken”) in de toekomst zo opgesteld zijn dat vooruitgang van het materialenbeleid effectief kan gemeten en vastgesteld worden Een wijzigend beleid heeft een wijzigende rapportering nodig. Het jaar is nog jong, dus we kijken met spanning uit naar de officiële rapportering van OVAM over 2010.

Afvalbeleid