VAB vertelt maar het halve verhaal over de kilometerheffing

VAB vertelt maar het halve verhaal over de kilometerheffing

Vorige week, op 22 november 2012, pakte de Vlaamse Automobilisten Bond (VAB) uit met een studie over de mogelijke invoering van een kilometerheffing voor personenwagens. De kilometerheffing duikt de laatste jaren regelmatig op in het mobiliteitsdebat. Door wagens per gereden kilometer te belasten, afhankelijk van de plaats en het tijdstip (duurder tijdens de spits en op snelwegen en ringwegen) zullen automobilisten sneller voor het openbaar vervoer kiezen en kan de groei van het autoverkeer worden ingetoomd.

VAB heeft laten berekenen hoeveel dat zou kosten. Tegen een tarief van 7 cent per kilometer zou een pendelaar die dagelijks de auto neemt van Gent naar Brussel 2.000 euro per jaar betalen, iemand die van Brugge naar Brussel rijdt 3.200 euro. Volgens VAB is dit overdreven veel, temeer omdat vele automobilisten geen alternatief hebben.

Dat een kilometerheffing heel wat autogebruikers meer zal kosten, is correct. Maar dat is dan ook de bedoeling: door per kilometer te betalen zal een autogebruiker aangespoord worden om te zoeken naar alternatieven. Deze heffing zou dan wel moeten passen in een algemene vergroening van de fiscaliteit, met een verschuiving van belasting op arbeid naar belasting op milieuvervuiling.

Laten we niet vergeten dat we in België geëvolueerd zijn naar een situatie waar de belastingen op arbeid hoger liggen dan het gemiddelde in Europa, en de belastingen op milieuvervuiling een pak lager dan gemiddeld. Door de externe kosten van autoverkeer door te rekenen via een kilometerheffing, kan deze scheve situatie recht getrokken worden. De opbrengsten kunnen mee gebruikt worden om de belasting op arbeid te verminderen. Eindresultaat is een hoger netto loon, maar wel meer kosten voor autoverplaatsingen.

De VAB vertelt bewust maar een klein stukje van het verhaal door enkel te focussen op de kosten voor de automobilist, door geen rekening te houden met de externe kosten van veelvuldig autogebruik voor de samenleving (filekosten, kosten voor wegenonderhoud, ongevallen, luchtvervuiling,…) en door zedig te zwijgen over de voordelen van een vergroening van de fiscaliteit.