Verhardingen zonder pesticiden beheren wel degelijk gezonder

Gemeenten die verhardingen beheren zonder pesticiden zijn wel degelijk milieuvriendelijk en gezond bezig, stellen BBL, Natuurpunt en Velt. Phytofar,  de Belgische Vereniging van de Industrie van Gewasbeschermingsmiddelen (pesticiden), beweerde eerder het tegenovergestelde op basis van een Nederlandse studie, maar die hield geen rekening met de impact van pesticiden op de watervoorziening voor miljoenen mensen. Om een pesticidenvrij beheer van de open en verstedelijkte ruimte alle kansen te geven, vragen BBL, Natuurpunt en Velt aan de Vlaamse regering om haar beleid, gebaseerd op sensibilisering, preventie en gebruiksbeperkingen, te versterken.

In een recent persbericht beweert de federatie van pesticidenproducenten Phytofar dat chemische pesticiden de meest milieuvriendelijke oplossing zijn om onkruidgroei op verhardingen te bestrijden. Dit besluit men uit een Nederlandse studie die de milieueffecten van chemische bestrijding door glyfosaat (beter gekend als Roundup) vergeleek met mechanische alternatieven als borstelen, wegbranden of behandelen met heet water. De chemische bestrijding komt er op vrijwel alle categorieën het beste uit.

Maar de methodiek en resultaten van de studie kunnen gerust tendentieus

genoemd worden. De gehanteerde levenscyclusanalyse is gebaseerd op zeer beperkte gegevens en ruwe schattingen en houdt onder meer geen rekening met de kosten om pesticideresiduen weg te zuiveren uit oppervlaktewater. Dat blijkt uit metingen in het Maasbekken, dat zes miljoen mensen van drinkwater voorziet. In Nederland zelf is er dan ook groeiende kritiek op de studie.

Nulgebruik van pesticiden tegen 2015

Dat Phytofar net nu met die studie uitpakt hoeft niet te verbazen. Met de gemeenteverkiezingen in aantocht is het pesticidengebruik door openbare diensten een actueel thema. Temeer omdat het bestaande beleid, dat streeft naar een nulgebruik van pesticiden door openbare diensten tegen 2015, momenteel verstrengd wordt op vraag van Europa. Wat zeer tegen de zin is van de pesticidensector, die de voorbije weken stevig aan het lobbyen ging.

Maar de kern van de discussie draait niet om een vergelijking tussen chemische en niet-chemische bestrijdingsmiddelen. Onkruid bestaat immers niet. Wat sommige mensen onder sommige omstandigheden beschouwen als onkruid, is onder andere omstandigheden dan weer een functionele bloemenpracht die de waterdoorlaatbaarheid bevordert, biodiversiteit stimuleert en het stadsklimaat verbetert.

Slim ontwerp

Dé uitdaging is dus om de juiste kruidgroei op de juiste plaats te laten groeien. Hiervoor moet op twee aspecten gewerkt worden: de beeldvorming over kruidgroei bij de burger en de besturen, en preventie van ongewenste kruidgroei door een slim ontwerp van verhardingen. Een weg die gebruikt wordt, blijft vanzelf vrij van kruidgroei. Daar waar verharding niet nodig is, kan men dan ook beter ruimte creëren voor onverharde groenzones. Meer groen in de stad is een belangrijk thema om de leefbaarheid van onze steden te bevorderen.

Gemeenten op de goede weg

De manier waarop Phytofar de klok wil terugdraaien is een slag in het gezicht van de gemeenten die al jarenlang kiezen voor reductie van hun pesticidengebruik. De resultaten van die reductie op gemeentelijk vlak zijn bemoedigend, Zo rapporteerde de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) dat in 2010 44 gemeenten hun verhardingen beheren zonder pesticiden. 98 gemeenten doen dat ook in hun  groenzones en in nog eens 93 gemeenten wordt minder dan 10 kg werkzame stof gebruikt. In 2009 was er een grote sprong voorwaarts dankzij de ‘Zonder is gezonder’ campagne, maar die staat op een laag pitje.

Jan Vannoppen van Velt: “Ik zie soms mensen met een gieter in de weer om “alles eens dood te spuiten” op hun stoep en zelfs in de aanpalende berm. Men beseft daarbij niet dat het eigen gedrag een probleem vormt voor publieke goederen, zoals gezond drinkwater.  De tijd is rijp voor een volgende campagne. Maar hier en nu is er wel politieke moed nodig om niet te buigen voor de marketing-trucs van de pesticidenlobby, en het bestaande pesticidenreductiebeleid verder te zetten.’”