Vijfde IPCC-rapport linkt opwarming aan menselijke activiteit, Vlaamse politiek blijft angstvallig stil

Op 27 september verscheen het eerste deel van het vijfde IPCC-rapport.  Het rapport stelt dat de recente opwarming van de aarde zo goed als zeker veroorzaakt wordt door menselijke activiteiten en dat de voorziene stijging van de zeespiegel groter is dan eerder gedacht. Het rapport kreeg opvallen weinig respons van onze beleidsmakers. Pas na drie dagen kwam er een eerste reactie van federaal minister Wathelet  die nuchter opmerkte dat “het goed is dat we nog een impact kunnen hebben, maar het te laat zal zijn als we nu niet ingrijpen .” 

De reacties in Vlaanderen op het lang verwachte rapport waren teleurstellend. Niet alleen creëerden de kwaliteitskranten De Standaard en De Tijd in hun berichtgeving zonder gronden een sfeer van “het valt allemaal wel mee”, terwijl het rapport net het omgekeerde zegt. In tegenstelling tot ander landen, zoals de VS waar minister van Buitenlandse zaken John Kerry onmiddellijk en uitgebreid reageerden op de publicatie, bleven onze Vlaamse toppolitici in stilzwijgen gehuld. 

De hoeveelheid broeikasgassen in de atmosfeer bevindt zich volgens het rapport op het hoogste niveau van meer dan 800.000 jaar. Dat leidt ertoe dat de atmosfeer, het land en de oceanen opwarmen, dat ijs en gletsjers smelten en dat de zee alsmaar sneller stijgt. Het is nu bijna een graad warmer dan voor de industriële revolutie. De huidige emissietrend zorgt ervoor dat daar nog deze eeuw tot maximaal 4,8°C bij komt. 

Tussen 1901 en 2010 steeg het zeeniveau gemiddeld al 19 centimeter.   De zeespiegel zal in de komende eeuwen blijven stijgen, zelfs als we vandaag ophouden de atmosfeer te vervuilen. Afhankelijk van de uitstoot van broeikasgassen en de snelheid van de opwarming zou daar tegen  het einde van de eeuw nog eens 26 tot 82 centimeter bijkomen. 

In de (Angelsaksische) pers is er wat beroering over een zogenaamde ‘pauze’ in de klimaatopwarming. Sinds 1998 zou het niet meer warmer worden. De klimaatwetenschap maakt komaf met die hypothese. Door 1998, dat door de natuurlijke variabiliteit erg warm was als startpunt te kiezen, lijken de erop volgende jaren nauwelijks warmer geworden. In werkelijkheid waren de afgelopen dertig jaar echter de warmste periode in meer dan 14 eeuwen. Elk van de  laatste  drie decennia was warmer dan alle voorafgaande sinds 1850. Wel wordt de opwarming van de atmosfeer door broeikasgassen de laatste jaren deels getemperd door meer warmte-opslag in de oceanen, het koelend effect van aërosolen die vrijkomen bij menselijke activiteiten en een reeks recente vulkaanuitbarstingen. Beide factoren kunnen de komende decennia ook in de omgekeerde richting evolueren, waardoor de opwarming zich opnieuw sterker zal laten voelen.

In deel 1 van het vijfde IPCC rapport is voor het eerst sprake van een koolstofbudget. Om meer dan 66% kans te hebben dat de opwarming deze eeuw beperkt blijft tot 2°C mag er cumulatief niet meer dan 1000 GTC uitgestoten worden. De teller staat nu op ongeveer 531 GTC. Het getal is vooral interessant in het licht van de gekende fossiele reserves aan olie, gas en steenkool. Ze bedragen  761 GTC, wat aanzienlijk meer is dan de 469 GTC  koolstofbudget dat ons nog ‘rest’. Kortom, als overheden zich aan hun woord houden met betrekking tot de 2 graden doelstelling dan moet een deel van de gekende fossiele reserves onder de grond blijven. In die context spreekt men van een koolstofzeepbel op de financiële markten: de waardering van oliemaatschappijen is te hoog en fictief omdat ze reserves verrekent die niet mogen ontgonnen en opgebrand worden als internationale engagementen worden gehonoreerd. Tegelijk is de verdere zoektocht naar nieuwe fossiele reserves, bijvoorbeeld in schalielagen of op de noordpool, een verspilling van middelen en tijd.

Het IPCC-rapport biedt de meest gezaghebbende samenvatting van de klimaatwetenschap. Het eerste deel van het rapport is samengesteld door 259 auteurs uit 39 landen die gegevens uit  9200 (recente) wetenschappelijke artikelen verwerkten.  De ‘samenvatting voor beleidsmakers’ is tijdens een meerdaagse sessie in Stockholm lijn per lijn goedgekeurd door wetenschappelijke afgevaardigden van 195 landen. Een dergelijke onderneming om bestaande  kennis zo goed als mogelijk samen te vatten, kent haar gelijke niet in andere wetenschappelijke domeinen.

Klimaatbeleid