Wat is de politieke invloed van Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt in Vlaanderen?

Het antwoord is positief! Beide organisaties oefenen in belangrijke mate politieke invloed uit op het Vlaamse milieubeleid.

Kris Roels, masterstudent internationale en vergelijkende politiek aan de KULeuven, behaalde een onderscheiding met een masterscriptie gewijd aan het beantwoorden van deze vraag. Heel wat besluitvormers, uit parlement en regering, namen deel aan onder meer de diepte-interviews. Om hun maximale inbreng te kunnen garanderen is de masterproef onder embargo geplaatst tot in 2014 en is hij dus niet voor inzage beschikbaar.

We willen u toch een tipje van de sluier oplichten.

Zo is er is sprake van een stijgende evolutie in politieke invloed doorheen de tijd. Deze achterliggende positieve dynamiek wordt echter overschaduwd door conjuncturele schommelingen de voorbije tien jaar. Toch slagen beide organisaties er wel in alternatieve wegen te bewandelen om het geleden verlies gedeeltelijk te compenseren.

Een belangrijke factor van politieke invloed is de gehanteerde beïnvloedingsstrategie van Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt die erin b estaat win-winsituaties te creëren met economische en maatschappelijke actoren.

Naast een algemene analyse gaat de scriptie in op twee specifieke dossiers: het Deurganckdok in de Antwerpse haven en de Limburgse grindproblematiek. In het Deurganckdossier heeft de natuur- en milieubeweging dankzij een juridische strijd kunnen bewerkstelligen dat het havenb estuur en de Vlaamse overheid het Europese natuurbeleid serieus namen. Hierop volgde een periode van overleg en samenwerking. De belangrijkste factoren in dit dossier waren de gehanteerde juridische instrumenten en de Europese richtlijnen.

Ook al krijgen Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt geen vat op de algemene havenontwikkeling, toch kan men stellen dat zij in het havendossier veel politieke invloed hebben kunnen uitoefenen. Het grinddossier tot slot geldt als een succesverhaal. De belangrijkste factoren in dit dossier waren de reeds vermeldde strategie, de Limburgse maatschappelijke consensus en enkele ‘sterke’ persoonlijkheden.

Politieke invloed van Bond Beter Leefmilieu

 

Milieubeleid is al lang niet meer het exclusieve domein van de overheid en dat is misschien maar goed ook. Steeds vaker is er sprake van een beleidsproces waarin maatschappelijke actoren een impact hebben op de besluitvorming. Maar welke beleidsimpact kunnen deze organisaties zichzelf toekennen? Slagen ze erin het beleidsproces bij te sturen? In welke mate is er sprake van politieke invloed?  Kris Roels, Masterstudent internationale en vergelijkende politiek aan de KULeuven wijdde zijn masterproef aan het beantwoorden van deze laatste vraag. Hij koos voor Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt als vertegenwoordigers van de Vlaamse milieu-en natuurbeweging en onderzocht de politieke invloed van beide organisaties op het Vlaamse milieubeleid. Naast een algemene analyse werd er ook dieper ingegaan op twee specifieke dossiers. Enerzijds was er de kw estie van het Deurganckdok in de Antwerpse haven en anderzijds de Limburgse grindproblematiek. De conclusie? Zowel Bond Beter Leefmilieu als Natuurpunt oefenen in belangrijke mate politieke invloed uit op het Vlaamse milieubeleid.

> style="border-style: none none solid; border-color: -moz-use-text-color -moz-use-text-color windowtext; border-width: medium medium 1pt; padding: 0pt 0pt 1pt;"

Om de onderzoeksvragen van de masterproef te kunnen beantwoorden, werd een onderzoek ingericht. Dit onderzoek b estond uit twee luiken. Een eerste luik was een perceptie-analyse, waarvoor diepte-interviews werden afgenomen van belangrijke sleutelfiguren binnen het beleidsproces. Hierbij kwamen zowel de overheid, de politiek als het maatschappelijk middenveld aan bod. Een tweede luik b estond uit het onderzoeken van relevante documenten, om van daaruit het beleidsproces in de twee specifieke dossiers te reconstrueren.

Uit de resultaten van dit onderzoek kan men verschillende conclusies trekken. Zo is er is sprake van een stijgende evolutie in politieke invloed doorheen de tijd. Deze achterliggende positieve dynamiek wordt echter overschaduwd door conjuncturele schommelingen. Zo was de politieke invloed van Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt gedurende de Vlaamse regering Leterme I (opgevolgd door Peeters I) bijvoorbeeld minder groot dan tijdens de legislatuur ervoor. Toch slagen beide organisaties er wel in alternatieve wegen te bewandelen om het geleden verlies gedeeltelijk te compenseren. Verschillende verklaringen voor hun algemene politieke invloed kwamen uit het onderzoek naar voren. Er zijn zowel contextuele, onderwerpsspecifieke als actorgerelateerde factoren die van belang zijn.

Via de Minaraad (de Vlaamse milieu- en natuurraad waarin stakeholders aan het beleid participeren) kunnen Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt slechts geringe politieke invloed uitoefenen. Het adviesorgaan is geschikt voor overleg en levert ook kwalitatief hoogstaand werk af, maar de rol van de Minaraad in de uitoefening van politieke invloed is beperkt, o.a. door de geringe doorwerking van zijn adviezen. Een tweede factor is de eerder slechte verstandhouding tussen de Vlaamse administratie enerzijds en Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt anderzijds. Uit het onderzoek blijkt tevens dat men kritisch moet blijven ten aanzien van de structurele subsidiëring door de overheid en de inkapseling in het politieke systeem. Enkel op die manier kunnen Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt hun politieke invloed vrijwaren. De politieke invloed hangt eveneens nauw samen met de politieke wil van de bevoegde minister, haar kabinet en haar politieke partij om al dan niet in een hecht samenwerkingsmodel met Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt te stappen en met hun eisen rekening te houden.

Een andere belangrijke factor van politieke invloed is de gehanteerde beïnvloedingsstrategie. De huidige strategie van Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt b estaat erin win-winsituaties te creëren met economische en maatschappelijke actoren en het gebrek aan (en/of verloren) invloed te compenseren via alternatieve kanalen en instrumenten. Van levensgroot belang is bovendien het aanwenden van het netwerk van figuren uit de natuur- en milieubeweging, die een functie vervullen binnen de wereld van het beleid. Tot slot kunnen we stellen dat Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt aan ‘Europa’ (en dan vooral zijn milieu- en natuurwetgeving) een bondgenoot hebben. We kunnen besluiten dat, ook al is het niet altijd even gemakkelijk, Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt er toch in slagen om via politieke invloed hun stempel te drukken op het Vlaamse milieubeleid en dit zelfs in belangrijke mate.

In de twee geselecteerde cases hebben beide organisaties veel politieke invloed weten uit te oefenen. Het grinddossier, waarbij er vooral gefocust is op de totstandkoming van het grinddecreet van 2008, is een ideaal voorbeeld van een dossier waarin de natuur- en milieubeweging een win-winsituatie heeft kunnen creëren met een economische sector. Mede hierdoor heeft de bevoegde minister de beleidsmaatregel, die zijn voorkeur droeg, achterwege moeten laten. Het grinddossier geldt als een succesverhaal voor Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt. De belangrijkste factoren in dit dossier waren de reeds vermeldde strategie, de Limburgse maatschappelijke consensus en enkele ‘sterke’ persoonlijkheden.

In het Deurganckdossier heeft de natuur- en milieubeweging dankzij een juridische strijd kunnen bewerkstelligen dat het havenb estuur en de Vlaamse overheid het Europese natuurbeleid serieus namen. Hierop volgde een periode van overleg en samenwerking. De belangrijkste factoren in dit dossier waren de gehanteerde juridische instrumenten en de Europese richtlijnen. Ook al krijgen Bond Beter Leefmilieu en Natuurpunt geen vat op de algemene havenontwikkeling, toch kan men stellen dat zij in het havendossier veel politieke invloed hebben kunnen uitoefenen.

(De masterproef is, ter bevordering van de openheid tijdens de diepte-interviews, onder embargo geplaatst. Tot 2014 is hij dus niet voor inzage beschikbaar.)