Wat we kunnen leren uit de oliecrisis van 1973

Hoe passen mensen in tijden van energiecrisis hun leefgewoonten en consumptiegedrag aan? En versterkt dit het opkomende milieubewustzijn en de kentering naar hernieuwbare energie? Frauke Evens bestudeerde voor haar masterproef de oliecrisis in 1973 en ging daarbij op zoek naar een antwoord op deze vragen. Eén les kan ze alvast trekken voor de toekomst: “Een succesvolle transitie zal niet slagen met groene technologie alleen.”

De oliecrisis maakte een einde aan een periode van ongekende economische groei, stijgende welvaart en een situatie van bijna volledige tewerkstelling. Huishoudens die hun energieconsumptie de afgelopen tien jaar hadden verdubbeld, moesten hun verbruik door torenhoge energieprijzen en minder beschikbare energie plots drastisch terugschroeven. 

‘Men kwam uit de jaren zestig en opeens was die olieschok daar. Eigenlijk was dat een breuk met de jaren daarvoor” - Kris 

Een kentering in het bewustzijn

Men vroeg zich af of het geschetste doemscenario van de Club van Rome waarheid werd. Was deze crisis een wake-up call dat hun consumptie- en levenspatroon niet langer houdbaar was? Bij een beperkte kring van vooruitstrevende denkers, wetenschappers en activisten, zorgde de oliecrisis alvast voor een kentering in het bewustzijn: er moest een grens komen aan de enorme toename van het verkeer, de verspilling van energie en het steeds hoger wordende levenstempo. Er kwamen autoloze zondagen en algemene snelheidsbeperkingen. 

‘In 1973 vertoonden zich de eerste barsten in de maatschappij van de overvloed. Het leefpatroon dat ons twintig jaar begeleidde wordt aangetast.’ - Het Nieuwsblad, 30 dec 1973

Ook zorgde het heersende crisisgevoel ervoor dat heel wat huishoudens spaarzamer en voorzichtiger werden. Denk aan (kleine) gedragsveranderingen zoals het sluiten van deuren en ramen, het doven van lichten in ongebruikte ruimtes, het lager zetten van radiatoren en het meer gebruiken van openbaar vervoer, de fiets en carpoolen. Ook grote aankopen zoals een auto of het boeken van een vakantie werden vaker uitgesteld. 

“Ecologisch bewustzijn zonder het zo te noemen, dat was thuis wel aanwezig, maar meer ook vanuit een invalshoek van ‘wat je niet uitgeeft, dat bespaar je ook’.” - Kris

Menselijk aanpassingsvermogen

Mensen die zichzelf beperkingen oplegden, deden dat meer uit noodzaak dan uit een verhoogd milieubewustzijn. Maar opvallend is wel hoe een crisis of enorme druk op een samenleving plaats maakt voor menselijke vindingrijkheid en technologische vooruitgang. Zo spoorde de beperkte hoeveelheid aan olie westerse naties aan om hun energie-efficiëntie te verhogen en te investeren in hernieuwbare energie. Welgeteld 70 miljoen Frank trok de Europese Gemeenschap uit voor onderzoek naar zonne-energie. Ook werd er veel meer geëxperimenteerd met elektrische wagens en mochten die wel rijden op de autoloze zondagen.

‘Indien de fossiele brandstoffen en dan vooral de olie niet zo goedkoop en overvloedig waren geweest, zouden we misschien al lang de zonne-energie gebruiken. De huidige krisis is deze gegevens snel aan het veranderen.’ - Het Nieuwsblad, 21 dec 1973

Een energietransitie in stroomversnelling?

De oliecrisis zette enerzijds duidelijk de deuren open naar groene kansen: een mentaliteitsverandering, zuinig en spaarzaam consumentengedrag en verschillende investeringen in onderzoek naar hernieuwbare energie. Anderzijds zien we dat energiebehoeften en economische overwegingen veelal primeerden op de ecologische. 

Steenkoolmijnen konden open blijven en milieuvervuilende projecten zagen het licht. Ook zien we dat verstoring en veerkracht een tijdelijk karakter hebben. Zodra de olie weer rijkelijk en goedkoop vloeide, werd de groene piste alweer verlaten. Ook mensen keerden geleidelijk aan terug naar hun oude gewoonten en consumptiepatronen. De thermostaat ging een tandje hoger, auto’s werden opnieuw volop gebruikt voor uitstapjes en winkelbezoeken en gezinnen gingen weer op vakantie. 

Voet bij stuk houden

Deze geschiedenis van energietekorten herinnert ons eraan dat we een succesvolle transitie niet alleen kunnen realiseren met groene technologie. Maar ook een duurzame wijziging in het gedrag, houding en overtuiging van zowel energieverbruikers als overheden is nodig. Beleidsmakers moeten daarom instrumenten voorzien zodat mensen hun aangepast gedrag ook na crisistijd op lange termijn kunnen blijven behouden. Als men na de oliecrisis voet bij stuk had gehouden, zou de energietransitie wellicht al verder gevorderd zijn.