Dit stuk verscheen eerder in De Tijd (27/10/2020)

Een klimaatpact voor de industrie, ook voor Ineos

Dit stuk verscheen eerder in De Tijd (27/10/2020)

“We hebben klimaatoplossingen nodig, geen karikaturen”: dat is wat Frank Beckx van Essenscia vraagt in een opiniestuk voor deze krant (23/10). Een uitstekend voorstel, vindt ook Olivier Beys van Bond Beter Leefmilieu. De hamvraag is niet óf we industrie willen, maar wel welke industrie en hoe we ze klimaatneutraal en circulair maken. Daarvoor is een nieuw klimaatpact nodig, ook voor Ineos.

Om de ergste gevolgen van de klimaatcrisis te bezweren, moeten we onze economie ruim voor 2050 klimaatneutraal krijgen. Voor de zware industrie in Vlaanderen is dat een ongekende uitdaging. De uitstoot van broeikasgassen in de energie-intensieve sectoren waaronder staal, chemie en raffinage is de voorbije tien jaar niet meer gedaald. Ze is recent zelfs lichtjes gestegen tot 22,7 miljoen ton, op een totale Vlaamse uitstoot van 77,7 miljoen ton. 

Die curve moeten we snel ombuigen. Het VN-Milieuprogramma geeft aan dat de mondiale uitstoot tussen 2020 en 2030 elk jaar moet dalen met 2,7% om de 2-gradendoelstelling te halen. Voor anderhalve graad is dat zelfs 7,6% per jaar. Tot dusver richtten het beleid en innovatie zich hoofdzakelijk op efficiëntieverbeteringen. En inderdaad: sectoren zoals de chemie produceren intussen veel meer en efficiënter, maar hun uitstootniveau blijft ter plaatse trappelen. 

Die aanpak zal niet meer volstaan, wat nu telt is een absolute afname. Inzetten op efficiëntie blijft noodzakelijk, maar is ruim onvoldoende. Een radicale transformatie is nodig. De productie zal elektrificeren, gebruik maken van groene waterstof, en circulariteit en hergebruik van grondstoffen centraal zetten. Hiervoor zijn nieuwe bedrijfsmodellen, infrastructuur, regelgeving en ondersteuningsbeleid nodig. Ook het verminderen van de vraag naar grondstoffen past hierin.

Niets blijft nog hetzelfde, en deze razendsnelle omwenteling zal een grote impact hebben op onze maatschappij, werkgelegenheid en overheidsbudgetten. Dat maakt het een maatschappelijke en strategische kwestie van de eerste orde. Het debat kan dus niet langer beperkt blijven tot de boardrooms van grote bedrijven. Zoals de economische historica Carlota Perez zegt: “Technology provides the options, but society chooses the future.”

Ineos onder de loep

Dat brengt ons bij de vraag of de bouwplannen van Ineos in de Antwerpse haven passen in een klimaatneutraal en circulair scenario. Ineos is van plan de fabrieken minstens 40 jaar te gebruiken, dus zeker tot 2065. Het gaat om de grootste investeringen in de haven sinds 20 jaar. Het is niet onredelijk om klimaatgaranties te eisen voor overheidssteun en vergunningen afgeleverd worden. 

Ineos wil 2,5 miljoen ton extra ethyleen en propyleen produceren. Dit zijn basisgrondstoffen die hoofdzakelijk dienen om plastics te maken. Ze zijn onder meer bestemd voor de bouw en het transport, maar slechts in beperkte mate. Veruit de grootste afzet gaat naar verpakkingen en wegwerpplastics, denk aan PET-flessen, folies, zakken enzovoort. 

Is die extra capaciteit überhaupt nodig? In 2019 was de wereldwijde productie van beide producten 39 miljoen ton hoger dan de vraag. Die situatie leidt niet tot sluitingen van productiecapaciteit. Integendeel, wereldwijd zit nog 80 miljoen ton extra capaciteit in de pijplijn. Tegelijkertijd is de recyclagegraad voor plastics, zelfs in Europa, bedroevend laag. De Europese productie van plastics bedraagt ongeveer 68 miljoen ton, waarvan slechts 4 miljoen ton afkomstig is uit recyclage.

Een van de belangrijkste uitdagingen in ons industrieel beleid én milieubeleid ligt in het verhogen van die recyclagegraad, en vermijden dat plastics de verbrandingsoven ingaan. Maar de cocktail van lage prijzen voor olie en aardgas en de stijgende productiecapaciteit drukt de prijzen voor nieuwe plastics en duwt de duurdere gerecycleerde plastics, die het sowieso al moeilijk hebben, uit de markt. Een ramp voor de circulaire economie, die op haar beurt noodzakelijk is voor de industriële klimaattransitie. 

Ineos kiest er niet voor om een nieuw industrieel weefsel op te bouwen, op basis van recyclage of andere duurzame grondstoffen. Het wil daarentegen bijproducten van het vervuilende schaliegas uit de Verenigde Staten gebruiken als grondstof. Het bedrijf stelt dit voor als een efficiënter en properder alternatief voor het in Europa meer populaire nafta. Recent onderzoek wijst echter op methaanlekken bij de ontginning die een pak hoger liggen dan eerder gedacht. Als we die uitstoot mee in rekening brengen, ligt de totale uitstoot wellicht hoger dan bestaande installaties en zelfs steenkoolcentrales. 

Intussen stelt Ineos dat het ‘state of the art’ fabrieken zal bouwen, een beproefde communicatietruc. Dat moet echter nog blijken uit het milieueffectenrapport voor het gehele project. Een rapport dat het bedrijf nog steeds niet heeft ingediend. Dat houdt Ineos trouwens niet tegen om nu al ontbossingsaanvragen in te dienen. Alsof je een aanvraag indient voor een oprit zonder dat je een vergunning voor je huis hebt gekregen.

Met geld gooien naar bedrijven, in de hoop dat ze hier blijven: dat is geen strategie.

Nieuw klimaatpact 

Wat doet onze overheid? In plaats van de randvoorwaarden en criteria te bepalen voor een klimaatneutrale en circulaire industrie, rolt ze de rode loper uit met beloftes van honderden miljoenen aan subsidies en waarborgen, nog voor het duidelijk is hoe levensvatbaar dit project is. 

Dat komt omdat Vlaanderen, noch België beschikken over een industriële klimaatstrategie. Het vertrouwt op vrijwillige engagementen en de goodwill van verlichte bedrijfsleiders. Wat ze wel doet: met geld gooien naar bedrijven, in de hoop dat ze hier blijven - zoals we in juni concludeerden in een rapport van BBL, Arbeid & Milieu en Greenpeace.

Maar hoop is geen strategie. We pleiten voor de grootste hervorming sinds het ontstaan van de petrochemie in Antwerpen. Ditmaal moet het beleid focussen op een diepgaande technologische en maatschappelijke transformatie. Dat vergt een maatschappelijk gedragen ‘klimaatpact’ met duidelijke doelen en een transparante verdeling van de lusten en de lasten. De overheid ondersteunt de industrie in haar transformatie, in ruil voor een bindend klimaatengagement. 

Ook de milieubeweging voert de discussie graag met de nodige sérieux. Frank Beckx maakt een karikatuur van de kritiek op de bouwplannen van Ineos, door ze voor te stellen als een protest tegen de industrie. De echte hamvraag is wélke industrie we nodig hebben. En hoe we ze tijdig klimaatneutraal en circulair krijgen, zodat we onze behoeften invullen binnen de draagkracht van onze planeet. 

Zware industrie

Meer over Zware industrie